Tag Archief van: kiezen

Het hoeft niet altijd ingewikkeld, kies vaker voor de simpele oplossing

 

Ik heb het goed getroffen, ik ben een bofferd.

Dagelijks wordt er heerlijk voor mij gekookt. En dan niet zomaar Hollandse pot of aardappels, vlees en groente.

Van het bepalen van het menu en het uitzoeken van recepten wordt serieus werk gemaakt. Een hele rij kookboeken staat er dan ook in onze keuken op de plank.

Veel Midden-Oosterse recepten in bijvoorbeeld Persiana, van de Iraanse Sabrina Ghayour. En veel boeken geschreven door Yotam Ottolenghi, al dan niet samen met Sami Tamimi of Ramael Scully. Misschien zeggen titels als Jeruzalem, Plenty en Flavour je iets? Of Falastin, geschreven door Sami Tamimi en Tara Wigley?

 

Je baan net als een kookboek

 

Ottolenghi; mensen die van zijn kookboeken of recepten hebben gehoord, denken algauw aan veel ingrediënten die niet overal te krijgen zijn, en veel werk. Misschien denk jij dat ook wel.

Bij die ingrediënten horen typische ‘Ottolenghi-ingrediënten’ zoals bijvoorbeeld sumak, za’atar, rozenharissa en granaatappelmelasse. Die zijn inderdaad niet overal makkelijk te krijgen, maar in een goede Turkse winkel kom je een heel eind.

En vaak is het maken van gerechten uit de boeken van Ottolenghi ook veel werk. Kost het tenminste veel tijd. Twee uur voor het bereiden van een maaltijd met een paar gerechten is geen uitzondering.

Toch kan het bij Ottolenghi ook simpel. Met name met zijn recepten in Simpel. En zoals hij zelf aangeeft, iedereen heeft een eigen mening over wat simpel is.

Voor de een is dat de ‘S’ van snel; in minder dan 30 minuten een gerecht op tafel. Een ander gaat voor de ‘I’ van ingrediënten; niet meer dan 10. Voor weer een ander gaat het om de ‘M’ van maak van tevoren. Of de ‘P’ van provisiekast, of de ‘E’ van eenvoudiger dan je denkt. Of de ‘L’ van lui.

Bij die laatste categorie kun je denken aan bijvoorbeeld recepten voor stoofschotels, die rustig een paar uur staan te garen, terwijl jij in alle rust in de tuin zit en lekker van het zonnetje geniet.

 

En ook de Iraanse kok Sabrina Ghayour is naar simpele gerechten gegaan in haar boek Simply. Met recepten voor makkelijke Midden-Oosterse maaltijden laat zij zien dat je de essentie ook eenvoudiger kunt pakken.

 

 

Wat betreft je werk hoeft het ook niet altijd ingewikkeld te zijn. Zie je baan als een kookboek. Durf wat vaker te kiezen voor een simpele oplossing.

Stop met overpresteren, zegt Greg McKeown in zijn boek Essentialism: The Disciplined Persuit of Less. In vertaling in het Nederlands: Essentialisme, Niet meer alles moeten.

Durf te kiezen voor essentialisme. Kies voor het nu en voor wat écht belangrijk voor je is. Richt je op waarin jij het verschil wilt en kunt maken.

Ga goed met je energie om, doseer je energie. Word een business minimalist. En ook al klinkt minimalist voor jou misschien negatief, zo is het niet bedoeld.

Weet goed wat nodig is om jouw functie naar behoren uit te oefenen en krijg dat zo simpel mogelijk voor mekaar. Want je hebt alle kans dat je meer bereikt als je minder hard werkt. Kijk wat je kunt schrappen. Laat je bijvoorbeeld niet gek maken door alle mailtjes in je inbox. En scherm je af voor alle ruis, die je afleidt van je eigenlijke werk.

 

 

Kost je werk je meer energie dan het je oplevert?

Kom je doodmoe thuis van je werk en heb je geen energie meer om wat dan ook op te pakken?

Vind je het moeilijk om de vinger erachter te krijgen waar het aan schort in je huidige werk en waardoor je energie weglekt?

Plan een afspraak in voor een oriënterend gesprek, in mijn online agenda. Dat kan heel makkelijk met deze link.

 

 

 

 

Je kent ze vast ook wel, van die restaurants met tig gerechten op de kaart. Zoveel gerechten dat het bedienend personeel denkt en communiceert in termen van nummers in plaats van namen.

Vooral Aziatische restaurants zijn naar mijn ervaring goed in het samenstellen van een super uitgebreide menukaart, maar menig Italiaans restaurant kan er ook wat van.

Voor zover je het als gast dan meekrijgt, is het vaak ook hartstikke druk in zo’n keuken. Dat is geen wonder.

Ik kan me niet voorstellen dat je met zo’n uitgebreide menukaart voor elk gerecht echt waarde kunt leveren. Ook al organiseer je het nog zo goed.

Geef mij maar een restaurant met beperkte keuzemogelijkheden.

 

Er zijn van die restaurants, die het je heel makkelijk maken.

Een paar weken terug dineerden we bij een restaurant in Odeceixe, Portugal. Houd je van een beknopte menukaart? Nou, die hebben ze daar.

Je kunt kiezen uit twee opties: ‘4 momentos’ of ‘7 momentos’. Dat is het. Wat de momentos zijn, dat moet je maar afwachten.

Bij het welkomstdrankje wordt wel aan je gevraagd of er iets is wat je niet wilt of mag eten.

In de keuken is het niet druk. Je ziet vanuit het restaurant dat er met veel aandacht wordt gewerkt. En er komt zeker geen lawaai uit de keuken.

En they do less; vier gerechten van het zeven gangen menu zijn identiek aan het menu met de vier gangen. Evenals alle kleine hapjes als verrassingen tussen de gerechten door.

But they obsess; over elke creatie is goed nagedacht. En elk gerecht wordt met heel veel zorg bereid, tot in de puntjes opgediend en gepresenteerd. Elk gerecht is een creatie.

Zij leveren waarde, niet alleen wat betreft de gerechten, maar ook qua ambiance en gastvrijheid.

 

Meer waarde in werk; do less, then obsess

 

Ook met betrekking tot je werk is het goed om je niet gek te laten maken door alle drukte en welbewust keuzes te maken. Je te concentreren op een gering aantal kernactiviteiten waarmee je de meeste waarde toevoegt.

Stel prioriteiten. Krijg daar een obsessie voor, ga met extreme toewijding aan het werk en zeg nee tegen de rest.

Door die extreme toewijding kom je tot buitengewone resultaten.

Less and more; minder activiteiten of zoals in het restaurant minder gerechten, meer geconcentreerde aandacht.

Maximaliseer de waarde van je werk door te kiezen voor een beperkt aantal activiteiten en besteed daar alle aandacht aan.

Combineer daarbij jouw passie (datgene waar je energie van krijgt) met je purpose (zingeving). Dan heb je nauwelijks nog het gevoel dat je het te druk hebt, want wat je doet heeft betekenis.

 

 

 

Heb je nog geen helder beeld van waar jij écht warm voor loopt? Waar je energie van krijgt en waar je een bijdrage aan wilt leveren?

Lees mijn boek ‘Wat wil ik nu echt?’ – een loopbaanstrategie voor gedreven hbo’ers en academici die meer waarde willen realiseren in hun werk.

 

Weet je bij voorbaat dat je wel wat hulp kunt gebruiken om een antwoord te krijgen op jouw loopbaanvragen?

Plan een afspraak in voor een oriënterend gesprek. Dat kan met deze link.

 

 

 

 

Waarom werkdruk op zichzelf geen probleem hoeft te zijn

 

Werkdruk te hoog? Eigen schuld, dikke bult; las ik in MT/Sprout. Deels kan dat inderdaad zo zijn, maar om te hoge werkdruk nu te labelen als eigen schuld? Alsof jij als werknemer maar moet veranderen, anders naar je werk moet kijken en er anders mee moet leren omgaan?

Alsof het jouw schuld is dat je de werkdruk als te hoog ervaart omdat je je verantwoordelijk voelt voor je werk. En bijvoorbeeld als ok-assistente, je geroepen voelt om in te springen voor een zieke collega. Of als dierenarts, je geroepen voelt om na werktijd nog bloed- en urineonderzoekjes te doen. Omdat je daar tussen de consulten niet aan toe komt.

Deels kun je anders leren omgaan met je werk; je minder verantwoordelijk voelen, minder hoge eisen stellen aan jezelf in relatie tot je werk, duidelijk je grenzen aangeven en op je strepen staan. Maar of dat je werkplezier en werkgeluk ten goede komt?

 

Werkdruk te hoog?

 

Werkdruk is niet hetzelfde als het druk hebben op je werk

 

Je kunt het druk hebben en geen werkdruk ervaren omdat je heel enthousiast bent over wat je doet. Je voelt je betrokken bij je werk en de organisatie waarvoor je werkt.

Hard werken houd je dan goed vol, omdat je tijdens je werk vooral flow ervaart. Je gaat helemaal op in wat je doet, beleeft er plezier aan en bent intrinsiek gemotiveerd.

Als je bevlogen je werk doet, dan levert werk je energie op, in plaats van dat het je energie kost. Het druk hebben met je werk is dus niet per definitie ongezond.

Werkdruk ervaar je als je functie hoge eisen aan je stelt en je wordt uitgedaagd om je kwaliteiten ten volle te benutten.

 

 

Werkdruk is niet per definitie ongezond

 

Werkdruk kan heel gezond zijn.

Het wordt pas een probleem als de druk te hoog of te laag is. Bij te hoge werkdruk heb je het gevoel dat je niet kunt voldoen aan de eisen die je aan je worden gesteld. Met als gevolg stress, waardoor je werk je meer energie kost dan het je oplevert. Dat kan uiteindelijk leiden tot burn-out.

Bij te lage werkdruk word je onvoldoende uitgedaagd en kun je jouw kwaliteiten onvoldoende benutten. Met als risico dat je in een bore-out belandt; je wordt ziek van verveling.

Het lastige is, dat de symptomen van een bore-out deels hetzelfde zijn als de symptomen van een burn-out. Waardoor je de symptomen soms verkeerd interpreteert. En dat je, zoals ik weleens van coachklanten hoor, de indruk hebt dat je een burn-out hebt, terwijl je juist onvoldoende aan je trekken komt. En dus een bore-out hebt.

 

 

Als aan basisbehoeften wordt voldaan, dan kun je heel wat werkdruk aan

 

Bij die basisbehoeften moet je denken aan autonomie (vrijheid en vertrouwen), competentie (uitdaging en waardering) en verbinding (ervaren van steun en voldoening).

Arnold Bakker, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, doet onderzoek naar bevlogenheid op het werk. Bekend van zijn werk is het JD-R-Model. JD staat voor Jobdemands (taakeisen) en R voor Resources (hulpbronnen/ energiebronnen).

Taakeisen die aan je worden gesteld kun je als stressoren ervaren, maar ook als uitdaging. Dat hangt af van de energiebronnen die er zijn om de taakeisen op te vangen. Naarmate je meer de beschikking hebt over energie- en hulpbronnen, kun je hoge taakeisen beter aan.

Die energiebronnen kunnen persoonlijk gerelateerd zijn, maar ook werk gerelateerd en dus gekoppeld aan je werkomgeving.

Wil je nog eens nalezen hoe dat werkt? Klik dan hier.

 

 

Werkdruk te hoog?

 

Ik vind het al te makkelijk geredeneerd en te kort door de bocht om te zeggen: ‘Werkdruk te hoog? Eigen schuld, dikke bult’.

Daarvoor spelen bij te hoge werkdruk te veel factoren een rol. En kan de werkomgeving in combinatie met de persoonlijkheid ervoor zorgen dat je opbrandt in je werk of juist heel gemotiveerd presteert.

Inzicht in de factoren die een rol spelen kan je wel degelijk helpen om meer grip te krijgen op de werkdruk die je ervaart en waar je zelf verandering kunt bewerkstelligen.

In een coachtraject onderzoeken we dan ook waar je tegenaan loopt in je werk en wat met name maakt dat je werk je zo veel energie kost. Zo veel, dat je met enige regelmaat té moe bent om te werken.

En niet onbelangrijk, in hoeverre je zaken naar je hand kunt zetten. Op en in je werk, maar ook daarbuiten. Want vaak is te weinig opladen buiten je werk ook een belangrijke factor die een rol speelt bij te hoge werkdruk.

 

 

 

Ervaar je de druk op je werk als te hoog?

Wil je graag de vinger erachter krijgen wat maakt dat je werk je zoveel energie kost in plaats van dat het je energie oplevert?

Plan gelijk even een afspraak in voor een oriënterend gesprek met deze link. In een oriënterend gesprek onderzoeken we wat maakt dat je ‘leegloopt’ op je werk. En wat punten zijn om aan te ‘sleutelen’ om daarin verandering te brengen.

 

 

 

 

Van mijn eerste sollicitatie kan ik me niet zoveel herinneren. Mijn studie pedagogiek combineerde ik met een functie als pedagogisch medewerker bij een pedo-therapeutisch instituut in Nijmegen. Dat werk heb ik met plezier gedaan. Bovendien was het heel nuttig om naast de studie te werken in de praktijk.

Na twee jaar begonnen de onregelmatige diensten en eens in de zoveel weken de slaapdienst, mij op te breken. Het onderwijs leek me zo gek nog niet. Ook al had ik voor mijn keuze voor een vervolgopleiding vaak geroepen dat ik niet het onderwijs in wilde.

Mijn oog viel op een vacature voor docent handvaardigheid op een scholengemeenschap in Nijmegen. Dat trok mij wel aan. Op basis van een eerdere brede hbo-opleiding die ik had gevolgd, was ik bevoegd om lessen handvaardigheid te geven.

Ik schreef een brief en werd uitgenodigd voor gesprek met de directrice en de adjunct.

In de tussentijd kwam ik nog een andere vacature voor docent handvaardigheid op het spoor, op een school in Arnhem. Ook daarnaar heb ik gesolliciteerd. Om de een of andere vage reden leek me die functie aantrekkelijker dan de functie in Nijmegen. Ook daar werd ik uitgenodigd voor een gesprek.

Inmiddels hadden ze in Nijmegen hun keuze gemaakt en dachten mij te verblijden met hun positieve boodschap. Zelfverzekerd als ik was, liet ik weten dat mijn voorkeur uitging naar de school in Arnhem. Overigens nog niet wetend of ze mij daar wilden hebben. Maar kennelijk was ik zo naïef dat ik dacht dat me dat wel ging lukken.

Dat had ik verkeerd ingeschat. Ik werd het niet in Arnhem. Met enige schroom belde ik naar de school in Nijmegen om te vertellen dat ik weer beschikbaar was. De vacature bleek nog niet ingevuld. Kennelijk hadden ze verder geen geschikte kandidaten. Ze gingen graag alsnog met mij in zee. Maar ik kreeg als drieëntwintigjarige wel de les gelezen dat mijn actie niet zo’n handige was. En alsof ze mijn ouders waren, dat ik dat niet nog een keer moest doen.

Ik zal dat niet gauw vergeten.

Achteraf was de schade ruimschoots te repareren. Maar het feit dat ik het me nog kan herinneren geeft wel aan, dat ik met enige schaamte inzag dat mijn actie niet handig en niet verstandig was.

Ik heb daar toen wel van geleerd.

 

Door schade en schaamte wijs worden

 

Als je bezig bent met het verwerven van een nieuwe baan, kan het ook gebeuren dat je iets zegt of doet, waarvan je achteraf denkt dat het niet zo handig was.

En dat je het een volgende keer anders zou doen.

Achteraf kun je daar dan flink mee in je maag zitten. En jezelf verwijten aanpraten als het je inderdaad niet lukt om de baan te verwerven.

Ermee in je maag zitten gaat je niet helpen. Wat gebeurd is, is gebeurd. Je kunt het niet terughalen. Ook al zul je er flink van balen dat het zo gelopen is. Zie het als een leermoment, waardoor je in een vergelijkbare situatie tot meer afgewogen antwoorden op vragen zult komen. Of voorkomt dat je je mond voorbijpraat.

 

 

Kost het je moeite om je overtuigend te presenteren in selectiegesprekken?

Kun je daarbij wel wat hulp gebruiken?

Mede door mijn ervaring met het geven van trainingen gedragsgericht of criteriumgericht interviewen voor selecteurs, kan ik je daarbij goed helpen.

Neem gerust contact met me op voor het maken van een afspraak voor een oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Waarom het zo gek nog niet is om te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode

 

Mijn wekker gaat steevast elke ochtend om kwart voor zeven af. Door de week of in het weekend, zomer of winter; voor mij maakt dat geen verschil. Kennelijk is ook mijn lijf zodanig gewend aan dat ritme, dat ik mogelijk ook heel goed zonder wekker zou kunnen. Want meestal ben ik wakker voordat het tijd is om op te staan.

Ik heb dan ook niet direct behoefte aan een winterslaap. Alhoewel het misschien wel zo is, dat ik in het voorjaar en ‘s zomers meer energie heb dan hartje winter. Maar naar ik begrepen heb, is dat heel natuurlijk.

Wist je dat mensen in tegenstelling tot dieren zich veel minder aantrekken van de seizoenen? En dat het best goed zou zijn om een beetje beter te leren winteren?

 

 

Waar de natuur tot rust komt als de winter in aantocht is, jakkeren wij mensen vaak maar door

 

Wist je dat zelfs wijngaardslakken wegkruipen in de winter en hun huisje afsluiten met een slijmlaagje dat verkalkt tot een tijdelijk sluitplaatje? Al in de herfst treft de wijngaardslak zijn voorbereidingen en graaft een geschikt winterplekje, met beschutting tegen droogte en vorst. Ik vond het grappig om te lezen dat een wijngaardslak bij het graven van zijn holletje, zijn huisje gebruikt om grond te verzetten. Ik zou wel eens willen zien hoe zo’n slak dat doet.

Wat ‘winteren’ betreft kunnen wij mensen een voorbeeld nemen aan de natuur, die tot rust komt als de winter in aantocht is. Het zou goed zijn om na een periode figuurlijk te ‘winteren’; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. In plaats van maar door te jakkeren met al onze bezigheden en alles wat we nog zo nodig moeten.

Eerlijk gezegd, heb ik ook zelf gaandeweg steeds beter geleerd om de tijd te nemen om bewust stil te staan, letterlijk en figuurlijk. Al een aantal jaren nu, start ik mijn dag met een meditatieve wandeling, nog voor mijn ontbijt. Ik gun me de tijd om te wandelen met aandacht. Me daarbij als vanzelf, met al mijn zintuigen openstellend voor al het mooie dat met name de natuur te bieden heeft. Dat betekent dat ik dan ook letterlijk stil kan blijven staan om bijvoorbeeld de amandelen te bekijken, die al aardig beginnen te groeien en te rijpen. Of te luisteren naar het ruisen van de beek of de vogel- of insectengeluiden die ik hoor. Of te kijken naar de beweging van de wolken, die hun schaduw geven in het landschap.

 

Winteren is zo gek nog niet© Foto Martin Langbroek

Wat dat betreft is het ook goed om af en toe lekker lui te zijn. Dat geeft niet alleen rust, maar kan je ook op andere gedachten brengen. Maar lui zijn is lang niet voor iedereen gemakkelijk. Want hoe vreemd dat ook klinkt, luiheid vraagt discipline om goed om te gaan met en gebruik te maken van je tijd in een wereld van overvloed.

 

 

‘Winteren’ om op te laden voor een volgende periode

 

Het is goed om te ‘winteren’, ook al is het letterlijk geen winter; tot rust te komen en de tijd te nemen om op te laden voor een volgende periode. Bijvoorbeeld als je de overstap maakt naar een andere baan. Of na een ingrijpende gebeurtenis, positief of negatief.

Het leven is immers geen lineair proces. Het hoeft niet altijd beter en meer. Tegenslag en even stil staan horen erbij.

Niet voor niets zijn er bijvoorbeeld mensen die zich sterk maken voor rouwverlof. De Nederlandse wet kent geen echt wettelijk rouwverlof bij het overlijden van een partner of familie. Anders dan de vier dagen verlof (van overlijden tot en met de begrafenis of crematie) waar je als werknemer recht op hebt bij het overlijden van een familielid in de eerste graad. Denk daarbij aan het overlijden van je partner, een ouder of een van je kinderen. Alsof je na die vier dagen weer in staat zou zijn om de draad van je werk weer op te pakken.

Wil je enig zicht krijgen op verlofregelingen? Klik dan hier

 

 

Neem een sabbatical om tot rust te komen en de tijd te hebben om op te laden voor een volgende periode

 

Strikt genomen zou je bij een sabbatical denken aan een sabbatsjaar. Een heel jaar verlof dus. Maar ook een ‘mini sabbatical’ kan al heel verfrissend zijn. Zo koos een van mijn netwerkcontacten voor een mini sabbatical van drie maanden.

Het zou mooi zijn als je, net als volgens de Thora, elk zevende jaar zou kunnen gebruiken als sabbatsjaar om tot rust te komen, op te laden en je te bezinnen op hoe je verder wilt in je loopbaan. Helaas is dat vooralsnog een utopie.

Volgens de Thora is het sabbatsjaar het jaar waarin een stuk land onbebouwd moet blijven. In dat jaar krijgt het land rust. Hoe zou het voor jou zijn als jij als werknemer elk zevende jaar ook rust zou krijgen? Of bijvoorbeeld verlof om een studie te volgen, een onderzoek te doen of een boek te schrijven?

 

 

Tot slot

 

Zou jij ook wel een sabbatical willen nemen?

Bijvoorbeeld om voor jezelf helder te krijgen hoe je je leven en je werk verder vorm wilt geven?

Zie je voorlopig geen kans om zo’n sabbatical te nemen, maar wil je wel meer zicht op wat jou drijft en waar jij warm voor loopt?

Wil je handreikingen en tips om je intrinsieke motivatie op het spoor te komen, anders dan met een sabbatical? Die vind je hier.

 

Wil je weten hoe je van elke werkdag een sabbatical maakt? Lees hoe je je leven zo inricht dat je altijd sabbatical hebt.

 

Weet je bij voorbaat dat je in je eentje daar niet uit gaat komen? Je weet me te vinden.

 

 

 

 

Wat te doen als je door vroege specialisatie in een richting belandt waarin je uiteindelijk niet gelukkig wordt?

 

Wat is een goede keuze? Die vraagt doet me weer denken aan mijn tijd als docent theorie en methoden loopbaanbegeleiding bij Saxion Hogeschool Deventer.

Over het antwoord op die vraag kun je hele discussies voeren. Het is maar vanuit welk perspectief je die vraag bekijkt.

Mijn stelling is: Maak je geen zorgen over een verkeerde keuze, zorg dat je goed toegerust bent voor je loopbaan en weet wanneer je bij moet sturen.

 

Bijsturen als je niet gelukkig bent met je werk

 

Al vroeg weten welke beroepsrichting bij je past of gaandeweg erachter komen

 

Ik weet niet welke van de twee opties het best bij jou past. Ik weet wel dat ikzelf er gaandeweg achter gekomen ben waar ik écht warm voor loop en welk werk optimaal bij me past.

Denkend aan mijn vorige artikel ben ik misschien een laatbloeier. Feit is in elk geval dat ik na mijn voortgezet onderwijs geen idee had in welke richting ik me verder wilde ontwikkelen. Ik wist wel dat ik niet het onderwijs in wilde. En een negatieve keuze is ook een keuze.

Ben je nieuwsgierig hoe mijn loopbaan pad is verlopen? Je leest het hier.

 

Hoe anders is het als je al heel vroeg en heel duidelijk weet welke richting je uit wilt. Als je bijvoorbeeld weet dat je dierenarts wilt worden, of huisarts. Of dat je van jongs af aan weet dat je sportjournalist of anderszins schrijver wilt worden. Of piloot.

En hoe vervelend en moeilijk het dan is als je die kans niet krijgt. Bijvoorbeeld omdat je uitgeloot wordt voor betreffende studie. En al dan niet als overbrugging op zoek moet naar een alternatief, in de richting van wat je beoogt.

Of dat je na een kostbare studie bijvoorbeeld niet als piloot aan het werk komt en je maar tevreden moet zijn met een baan als luchtverkeersleider.

 

 

Als het beoogde werk er in de praktijk anders uitziet of je het anders ervaart dan je had gedacht

 

Bijvoorbeeld het werk als huisarts. Dat je na je studie geneeskunde en de driejarige opleiding tot huisarts erachter komt, dat de verantwoordelijkheid als huisarts jou te zwaar valt. En dat je daarom je geroepen voelt om op zoek te gaan naar een alternatief.

Of dat je als gezelschapsdierenarts veel moeite hebt met de tijdsdruk in de dierenartsenpraktijk waarin je werkt. Je voortdurend het gevoel hebt dat je productie moet maken, in plaats van dat je het dier en de klant de aandacht en de zorg kunt bieden, die jou voor ogen staan.

Of dat je tijdens je master tandheelkunde en het eigenlijke werk met patiënten, erachter komt dat voor jou het werk als tandarts te veel curatief is. Dat je liever een bijdrage levert aan preventie. En misschien ook niet onbelangrijk, dat communicatieve en sociale vaardigheden een belangrijke rol spelen in je werk. Terwijl jij het met name mooi vindt om als tandarts ‘vakwerk’ te leveren.

Zo kan ik nog legio voorbeelden noemen, voorbeelden waaruit blijkt dat de specifieke beroepspraktijk er toch net iets anders uit kan zien dan je had gedacht toen je de keuze maakte voor die richting.

Dan is het de kunst om een alternatief te vinden.

 

 

Alternatieven, al dan niet aansluitend bij de richting die je uit bent gegaan

 

In mijn coachtrajecten brengen we jouw interesses en kwaliteiten in kaart en de omgeving die het beste bij jou past. We staan stil bij wat werk voor jou betekent en de bijdrage die jij wilt leveren met je werk.

Dat alles vormt de input voor het profiel van jouw ideale werk. Dat is het antwoord op de vragen ‘Wat wil ik?’, ‘Waar wil ik dat?’ en ‘Wat is verder daarbij voor mij belangrijk?

Door het werken met ‘succesverhalen’ ervaar je letterlijk in je lijf waar je warm voor loopt. En welke alternatieven bij je passen.

Zo ervaarde een hbo-verpleegkundige die vastliep in haar werk als dialyseverpleegkundige dat ze energie krijgt van het werken met jonge kinderen. Ze heeft haar PABO-diploma weer ‘afgestoft’ en ze heeft, zoals ze het zelf noemt, ‘een heel leuke, fijne, positieve werkplek gevonden’. Ze gaat fulltime aan de slag als leerkracht.

De afgestudeerde huisarts heeft een mooi alternatief gevonden als arts bij de GGD. De masterstudent tandheelkunde heeft de overstap gemaakt naar bestuur en beleid in de gezondheidszorg.

De dierenarts is zich aan het oriënteren in de richting van het doen van research, uitwerken van casuïstiek, interpreteren van resultaten en adviseren met betrekking tot gezondheid en welzijn van dieren.

 

 

Tenslotte

 

Kun je wel wat tips gebruiken voor het maken van een loopbaanswitch? Die vind je hier:
Geen spijt van je loopbaanswitch
Hoe je succesvol een loopbaanswitch kunt maken
Als je een loopbaanswitch wilt maken, gaat je cv je niet helpen
Hoe je jouw LinkedIn profiel optimaliseert voor een loopbaanswitch
Drie aandachtspunten voor een succesvolle loopbaanswitch

 

 

 

 

Waarom het goed is om de tijd te nemen om stil te staan bij wat je echt wilt

 

Het is zo gek nog niet om een laatbloeier te zijn. Ik las het in een artikel in mtsprout. Het is goed om je de tijd te gunnen voor ontwikkeling en uitgebreid stil te staan bij wat je echt wilt. Want je bewust worden van je kwaliteiten en vervolgens ze op een voor jou zinvolle manier gebruiken om ze tot volle bloei te laten komen, is het fundament voor de ontwikkeling van een goed leven.

 

Debuut laatbloeier

copyright foto: Anton_Ivanov / Shutterstock.com

 

Het risico van zo vroeg mogelijk pieken en zo snel mogelijk carrière maken

 

Persoonlijke voldoening wordt te vaak ondergeschikt gemaakt aan professionele prestaties, volgens Rich Karlgaard, uitgever van Forbes Magazine en auteur van het boek Late Bloomers.

Vroeg presteren weerhoud je ervan om je passies te ontdekken.

In plaats van het hebben van diverse interesses, in de breedte te studeren en je tijd te nemen om jezelf te leren kennen, word je door je omgeving algauw aangemoedigd om een bepaalde richting te kiezen. En veilige, stabiele en lucratieve loopbaanpaden te volgen. Met als gevolg dat uitblinken in een specifieke beroepsrichting door velen wordt verkozen boven persoonlijke voldoening. Daardoor kunnen ze zichzelf in dat proces verliezen.

Dat doet mij denken aan iemand die ik heb geholpen met het maken van een cv, aangepast aan de vacature en het schrijven van een overtuigende sollicitatiebrief. Het betrof een zware functie. Een functie die een zware wissel zou trekken op zijn jonge gezin. Dat realiseerde hij zich goed. Hij besefte ook dat hij flinke concurrentie zou hebben van geïnteresseerden met meer levenservaring dan hij. Maar ondanks dat alles, wilde hij er als eind dertiger voor gaan. Voor hem was het een kans om een stapje hoger te komen op de ladder. En qua salaris in een hogere schaal. Helaas viel de keus op iemand met meer levenservaring dan hij. Voor zijn welbevinden misschien wel zo goed.

 

 

In plaats van vroeg pieken in een specialisme is het goed om je van jongs af aan breder te oriënteren

 

Het zijn juist de generalisten die op veel gebieden – vooral die complex zijn – uitblinken. Dat beschrijft David Epstein in zijn boek ‘Waarom generalisten verder komen’. Generalisten zijn creatiever, flexibeler en in staat om verbindingen te maken die hun meer gespecialiseerde collega’s niet zien.

Terwijl je misschien zelf als generalist zou denken, dat je minder waarde kunt leveren op de arbeidsmarkt omdat je geen specialisme hebt.

Ik hoor dat soms van coachklanten. Ze denken dat ze als generalist nergens écht goed in zijn, omdat ze zo breed georiënteerd zijn. Maar juist door die brede oriëntatie hebben ze zich breed ontplooid en breed ontwikkeld.

 

 

Met een laatbloeier is niets mis, integendeel

 

Het is goed om je de tijd te gunnen om je passies en je talenten te ontdekken.

Rich Karlgaard geeft in zijn boek Late Bloomers een wetenschappelijke verklaring voor het pas op latere leeftijd tot bloei komen.

Pas rond je vijfentwintigste zijn je hersenen voldoende ontwikkeld. Voor sommigen is dat zelfs nog iets later. En in feite pieken de capaciteiten van onze hersenen op verschillende leeftijden. We ervaren eigenlijk meerdere periodes van bloei in ons leven.

Doordat laatbloeiers de tijd nemen om hun weg in het leven te ontdekken, ontwikkelen zij sterke punten die zijzelf misschien niet direct als zodanig zien of ervaren. Bij die sterke punten kun je denken aan kwaliteiten als nieuwsgierigheid, inzicht, veerkracht, wijsheid, mededogen. Het zijn kwaliteiten die door werkgevers worden gewaardeerd en die zeker op een arbeidsmarkt die sterk aan verandering onderhevig is, heel waardevol zijn.

Levenservaring geeft laatbloeiers bovendien het voordeel dat ze minder gevoelig zijn voor wat anderen van hen denken. Ze zijn minder afhankelijk van de erkenning van anderen en ze hebben daardoor over het algemeen meer zelfvertrouwen. Als persoon ben je dan ook stabieler en voel je je vrijer.

 

 

Het is nooit te laat om jezelf te worden

 

Zo las ik dat Aristoteles zich pas wijdde aan schrijven en filosofie vanaf zijn vijftigste.

En aansprekend en misschien bekend is onderstaand voorbeeld, dat ik las in een artikel van Kevin Evers in Harvard Business Review:

In vrije vertaling:

Als je steeds weer vastloopt. Bijvoorbeeld zoals Joanne, een getalenteerde en creatieve vrouw, die hopte van baan naar baan in haar twenties, werkend als onderzoeker, secretaresse en docent Engels als tweede taal.

Ze was depressief, zag geen uitweg en voelde zich een totale mislukkeling. Maar ze eigende zich het gevoel van wanhoop toe en zette het om in iets positiefs. Doordat het haar niet gelukt was om een standaard loopbaan pad te volgen, voelde ze zich vrij om te doen wat ze altijd al had willen doen. Dat was fantasieverhalen schrijven voor kinderen. Zoals ze later zou vertellen, “Ik stopte met mezelf voor te doen alsof ik iemand anders was dan wie ik was.

Alle kans dat je van haar gehoord hebt of misschien zelfs werk van haar gelezen hebt.

Haar schrijversnaam is J.K. Rowling.

 

 

 

Ben je niet gelukkig met het loopbaan pad dat je tot nu toe gelopen hebt? En vraag je je, zoals een van mijn coachklanten, af ‘Wat zijn mijn ankers voor werkgeluk?’ en ‘Op welke plek in de organisatie functioneer ik het beste?’.

Neem contact met me op en leg je vragen aan me voor.

 

 

 

 

Wat maakt dat je geen stappen zet in je loopbaan en maar blijft zitten waar je zit

 

Een coachklant mailde mij:
“Ik had me voorgenomen om na de eerste werkweek een afspraak bij je in te plannen. In de verwachting dat ik direct weer tegen dingen aan zou gaan lopen, waardoor ik weer in actie kom. Dit is niet gebeurd, het is momenteel rustig op mijn werk. Waarna ik ga twijfelen of ik nu wel moet vertrekken. Terwijl ik weet dat de dingen waar ik me aan erger echt wel weer gaan komen. En dat de groei in mijn baan er wel uit is. Ik weet niet zo goed wat er gebeurt waardoor ik niet in actie kom. Enerzijds hangt dit denk ik wel samen met een hectische periode thuis. Anderzijds is er ook een soort koudwatervrees ofzo waardoor ik toch niet zo goed durf.”

Maar is het koudwatervrees? Of heeft zij het gevoel dat zij vastzit in haar baan en daardoor niet in beweging komt? Of spelen beide een rol?

 

Vastgeketend aan een paaltje of koudwatervrees?

 

Het verhaal van de olifant en het paaltje

 

Misschien is het voor jou lang geleden dat je een circus hebt gezien. Voor mij geldt dat in elk geval wel.

Ik kan me dan ook niet herinneren, dat een reuze olifant bij zo’n circus vaak aan een klein paaltje vastzit met een simpel touw. En dat de olifant geen poging doet om te ontsnappen, terwijl die dat makkelijk zou kunnen. Als die even een flinke ruk zou geven aan de ketting waarmee die vastzit aan het paaltje, zou die het paaltje zo uit de grond kunnen trekken.

Waarom doet een olifant dat dan niet?

Olifanten worden getemd als ze nog heel klein zijn. Een baby-olifant wordt met een touwtje aan een paal gebonden die groter is dan hijzelf. Als het dier probeert zich los te rukken, lukt dit niet. Het kleintje schopt en trekt uit alle macht om los te komen en zijn vrijheid terug te krijgen. Dit doet hij dagen, weken, maanden achter elkaar. Maar hij kan niet loskomen, want het paaltje met de ketting zijn te zwaar voor zijn kleine lijfje.

Uiteindelijk geeft het olifantje op, omdat hij uit ervaring leert dat hij niet los kan komen. Hij geeft de moed op en blijft staan bij het paaltje met het touw om zijn poot.

Omdat de olifant zo overtuigd is van het niet los kunnen komen blijft hij zelfs als volwassen, sterke olifant aan het paaltje staan. Dit leidt ertoe dat de olifant accepteert dat hij niet kan ontsnappen en dit ook niet meer zal proberen. Deze overtuiging gaat zo ver dat hij in de veronderstelling is, dat er geen ontsnapping mogelijk is en braaf aan het paaltje blijft staan. Zelfs als hij groot is,

Het verhaal wordt vaak gebruikt als metafoor voor aangeleerde hulpeloosheid.

 

 

Het verhaal van de geketende olifant en het verhaal van mensen die vastzitten in hun werk

 

Het verhaal van de geketende olifant lijkt op de verhalen van mensen die blijven hangen in slechte ervaringen.

Jij kent ze vast ook wel, collega’s die klagen, zich afhankelijk opstellen, uitgaan van wat allemaal niet kan en zelf geen verantwoordelijkheid nemen. Collega’s bij wie het glas altijd halfleeg is. En die min of meer hun loopbaan schijnen te ondergaan in plaats van dat ze zelf aan het roer staan.

Het zijn mensen die zich laten leiden door wat allemaal niet kan of wat ze allemaal niet kunnen en zich afhankelijk opstellen. Het zijn mensen die niet opnieuw proberen om stappen te zetten in hun loopbaan, omdat ze vasthouden aan hun negatieve ervaringen.
Dat weerhoudt hen van benutten van de mogelijkheden die de arbeidsmarkt en het leven biedt en die hun leven volledig zouden kunnen veranderen.

 

 

Hoe je je losmaakt als je je vastgeketend voelt in je huidige werk

 

Zoals het voor een volwassen olifant maar één stapje is om het paaltje uit de grond te trekken, zich los te maken en zijn ruimte in te nemen, zijn pad te lopen en zijn weg te vervolgen, zo kun jij je ook losmaken als je je vastgeketend voelt in je huidige werk.

Ik realiseer me daarbij heel goed dat het lang niet altijd makkelijk is om het bekende los te laten en werk te maken van iets nieuws. Want je weet wat je hebt en je weet nog niet wat je krijgt.

Onderstaande handreikingen helpen je op weg:

 

 

In een volgend artikel lees je meer over hoe om te gaan met koudwatervrees op de arbeidsmarkt.

 

 

 

 

Waarom ondernemend zijn nog niet wil zeggen dat je geknipt bent voor het ondernemerschap

 

Een paar weken terug had ik een oriënterend gesprek met een coachklant. De plek waar ze werkt ervaart ze niet echt als inspirerend. Ze vindt de organisatie erg naar binnen gekeerd en de familiaire cultuur die er heerst past niet goed bij haar.

Graag zet ze een volgende stap in haar loopbaan met daarbij de vraag: ‘welke kant ga ik nu op?’ Wordt het een andere functie in hetzelfde werkveld of in een ander werkveld?

Andere grote organisaties in hetzelfde werkveld zijn het voor haar in elk geval niet. Wel andere, kleinere organisaties?

Innovatief en creatief zijn trekt haar aan. Ze ziet zichzelf als ondernemend en haar vraag is dan ook: ‘ben ik een ondernemer?’

En daarop aansluitend: ‘past zelfstandig ondernemerschap bij mij of is het voor mij voldoende om te ondernemen in mijn eigen loopbaan?’

 

Voor een succesvol ondernemer is ondernemend zijn niet genoeg

 

Zelfstandig ondernemerschap vraagt meer dan ondernemend zijn

 

Ondernemend zijn betekent nog niet dat je geknipt bent voor het ondernemerschap. Ook al is het wel een belangrijke competentie.

Als andere competenties die je nodig hebt om succesvol te zijn als ondernemer worden door ondernemers genoemd: doorzettingsvermogen, creativiteit, passie voor je product of je dienst, risico’s durven nemen, flexibiliteit, commercieel inzicht en betrouwbaarheid.

De Kamer van Koophandel noemt enthousiasme, flexibiliteit en doorzettingsvermogen als belangrijke persoonseigenschappen voor een ondernemer.

Naast die persoonseigenschappen moet je volgens de KvK ook over vaardigheden beschikken zoals bijvoorbeeld commercieel inzicht, marketing, netwerken en kennis van boekhouden. Die vaardigheden kun je leren.

 

 

Als ondernemer krijg je naast je eigen vak, er een vak bij

 

Het is goed om je te realiseren dat je als ondernemer naast je eigen vak er een vak bij krijgt; ondernemen en alles wat daarbij komt kijken.

En als je het net als ik, leuk vindt om je te ontwikkelen en te leren, dan gaat er een hele nieuwe wereld voor je open. Ik heb dan ook heel wat trainingen en cursussen gevolgd op het terrein van bijvoorbeeld marketing, financieel succesvol ondernemen, schrijven, SEO, systematiseren van bedrijfsprocessen.

Er komt naar mijn ervaring dus heel wat kijken bij zelfstandig ondernemerschap en ik heb de indruk dat het door menigeen wordt onderschat.

Overweeg je om een overstap te maken van loondienst naar zelfstandig ondernemerschap? Wil je inzicht in jouw ondernemersvaardigheden? Doe de test van de KvK.

 

 

Groei van aantal zelfstandig ondernemers

 

Zelfstandig ondernemerschap is erg in trek.

Volgens de cijfers van de Kamer van Koophandel groeide in 2022 opnieuw het aantal bedrijven in Nederland. Van bijna 2,2 miljoen begin 2022 naar ruim 2,3 miljoen bedrijven op 31 december. Al met al een groei van 5,7%. Het overgrote deel van die groei komt op conto van zzp’ers.

Op 1 januari van dit jaar was 17 procent van de werkzame beroepsbevolking een zelfstandig ondernemer zonder personeel. Een decennium geleden was dat nog 10 procent. De werkzame bevolking nam in de afgelopen tien jaar met 14 procent toe. Het aantal zzp’ers ging in die periode met 84 procent omhoog naar meer dan 1,6 miljoen. Inmiddels is 70 procent van alle ondernemingen te typeren als zzp’er, aldus de KvK.

 

 

Pros en cons van zelfstandig ondernemerschap

 

Afhankelijk van wat werk voor jou betekent en wat je terug wilt zien in je werk zul je aspecten van zelfstandig ondernemen zien als iets positiefs, dan wel iets negatiefs.

In zijn algemeenheid worden als positieve aspecten van zelfstandig ondernemerschap genoemd: eigen baas zijn, je eigen tijd indelen, werken wanneer en waar je wilt, meer verdienen, persoonlijke ontwikkeling, afwisseling en creatief werken. En ondernemen prikkelt je creativiteit en je probleemoplossend vermogen.

Een aantal van die aspecten hebben te maken met vrijheid. Kennelijk is vrijheid voor veel zelfstandig ondernemers cruciaal. Bijvoorbeeld voor Minou Üçerler. Haar uiteindelijke doel is stoppen op haar 35ste en gaan genieten.

Alsof je niet kunt genieten van je werk, denk ik dan.

Vrijheid is een voorbeeld van een waarde die voor de ene zelfstandig ondernemer ervaren wordt als een pré. Voor een ander kan het juist een van de redenen zijn om te stoppen met het zelfstandig ondernemerschap. Bijvoorbeeld voor een van mijn coachklanten. Als zelfstandig ondernemer mist hij structuur en ook collega’s en daardoor drive en energie.

Vrijheid betekent ook steeds zelf nieuwe opdrachten binnenhalen. De een gaat dat gemakkelijk af en voor zo iemand is het een leuk aspect van zelfstandig ondernemerschap, voor een ander is het een hell of a job. En kan het zelfs een reden zijn om na wikken en wegen te stoppen als zelfstandig ondernemer.

 

 

Positieve kanten van zelfstandig ondernemerschap worden vaak overschat en negatieve kanten onderschat

 

In de eerste zes maanden van 2022 zijn er 76.000 bedrijven opgeheven, het hoogste aantal sinds 2007 – het jaar dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) begon met meten. Vooral zzp’ers stopten ermee. Ongeveer vier van de vijf gestopte bedrijven waren van een zelfstanding ondernemer.

Sanne Wolters, freelancejournalist voor het AD en Nu.nl schreef een artikel over stoppen met zelfstandig ondernemen en interviewde mij als loopbaancoach.

Want wat als je een eigen bedrijf hebt, maar het ondernemen na een paar jaar toch tegen begint te vallen?

Lees het artikel van Sanne Wolters en laat je inspireren.

 

 

 

Ik ben heel benieuwd naar jouw ervaringen als zelfstandig ondernemer.

Wat heeft jou voor zelfstandig ondernemerschap doen kiezen?

En als je gestopt bent als zelfstandig ondernemer en weer in loondienst bent gegaan, wat heeft jou doen stoppen?

Zou je dat willen delen?

Door jouw afwegingen te delen kun je anderen inspireren, dan wel ondersteunen om te komen tot een besluit.

 

 

 

 

Waarom alleen een mooi loopbaanplan niet voldoende is om je doel te realiseren

 

“Visie op je loopbaan zonder moed is een droom; moed zonder visie is een ongeleid projectiel”.

Het zijn woorden van Marinka Lipsius. Zij schreef het boek Factor Moed!; durven kiezen en volharden in BV Nederland.

Wil je net als mijn coachklant uit mijn vorige artikel de wijde wereld in? Dan is het belangrijk dat je besef hebt van de koers die je wilt varen. Dat is jouw kompas.

Maar alleen een kompas is niet voldoende. Naast dat kompas is voor zo’n stap de factor moed cruciaal; het lef, de drive om het pad in de juiste richting te durven bewandelen.

Je hebt ze beide nodig. Want heb je een prachtig plan, maar ontbreekt de factor moed, dan zul je nooit echt in beweging komen. En moedige acties zonder een plan geven vaart, maar hoogstwaarschijnlijk niet in de juiste richting.

Wil je stappen zetten in je loopbaan, maar ontbreekt het besef van richting of de factor moed, dan valt het geheel in duigen.

 

Moed is naast een mooi loopbaanplan nodig, wil je jouw doel realiseren

 

Moedige acties zonder plan stagneren of worden een nachtmerrie

 

Als je niet weet waarnaar je op zoek bent, dan zul je het ook niet gauw vinden.

Zo mailde mij een potentiële klant:

“Ik ben op zoek naar een andere baan en ik merk in de gesprekken die ik onlangs heb gevoerd met recruiters dat ik het niet makkelijk vind om aan te geven waar ik goed in ben, wat mijn kernkwaliteiten zijn en mijn ambities. Ik kan hierin wel wat hulp gebruiken in de vorm van coaching”.

Heel moedig heeft zij vrijwillig gebruik gemaakt van een regeling om te vertrekken. En heel wijs maakt zij, na een vlotte start en eerste ervaringen met gesprekken op de arbeidsmarkt, pas op de plaats om haar richting te bepalen.

Doe je dat niet en wordt het een actie zonder richtingsbesef, dan loop je het risico dat jouw moedige actie ontaardt in een nachtmerrie.

Want als je niet weet wat je werkelijk wenst, dan ben je je bestemming kwijt, ben je stuurloos en op weg naar nergens.

 

Dat wil mijn coachklant uit mijn vorige artikel heel duidelijk voorkomen. Voordat hij de wijde wereld in gaat, start hij met het in kaart brengen van wat hij kan en wat hij wil. Hij gaat eerst zijn richting bepalen en vervolgens doelgericht daarop koersen. Het lef, de drive die daarvoor nodig is, is ruimschoots aanwezig.

 

 

Je hart volgen vraagt moed

 

Je hart volgen; we zeggen het zo gemakkelijk, maar zo makkelijk is het niet. Je hart volgen vraagt moed.  

Wist je dat het Franse woord courage (moed) afgeleid is van coeur (hart)? En zoals Loesje zo mooi aangeeft leven het meervoud is van lef?

 

Moed is niet hetzelfde als niet bang zijn. Het is leren met angst om te gaan.

Menigeen is bij grote onzekerheid geneigd om terug te gaan naar bekend terrein. Bijvoorbeeld in een baan te blijven hangen, ook al biedt die baan weinig uitdaging meer.

Ben je moedig, dan durf je je eigen angst aan te kijken, te erkennen en de onzekerheid tegemoet te gaan. Je durft stappen te zetten.

Bijvoorbeeld vrijwillig te vertrekken bij een reorganisatie en aan te geven “Zet mij maar op die lijst”. Of je baan in loondienst op te zeggen en te gaan voor zelfstandig ondernemerschap.

 

 

Moed vraagt een prijs, maar levert ook winst op

 

De consequenties van moed zijn van tevoren niet te voorspellen.

Zo is het bijvoorbeeld, ook voor mij als loopbaancoach, moeilijk te voorspellen hoeveel tijd en energie het mijn coachklant gaat kosten om zijn bakens te verzetten en zijn ideale baan te realiseren. Zeker als het gaat om een echte loopbaanswitch.

De winst van een moedige keuze en de prijs die je daarvoor betaalt zijn van tevoren niet op een balans uit te zetten.

Zou je dat wel kunnen, dan zou je een puur rationele afweging kunnen maken.

Maar over het algemeen werkt dat zo niet. Er is van tevoren meestal niet te bepalen wat jouw moedige gedrag kost en wat het oplevert.

 

Bij moedige keuzes speelt vaak een groot belang.

Dat maakt dat je bereid bent een zeker risico in te calculeren. Het grote belang is voor jou de winst. Je bent bereid daarvoor een prijs te betalen, ook al weet je niet zeker wat die prijs zal zijn.

 

 

Moed is wilskracht en wilskracht is te trainen

 

Moed is de juiste reactie op de impuls om hard weg te rennen en de verantwoordelijkheid niet op je schouders te nemen.

Men noemt het wel de deugd die je in staat stelt je vrees te weerstaan en te overwinnen.

 

Moed draagt bij aan geluk en aan het bereiken van je doelen.

Moed is onmisbaar omdat veel van wat goed en waardevol is in het leven, alleen bereikbaar is als je bereid bent er wat voor in de waagschaal te stellen.

 

Wil je je wilskracht alvast trainen?

Met een beetje wilskracht gaat je dat lukken. Maak gebruik van mijn tips in een van mijn vorige artikelen.

 

 

 

Vind je jezelf niet zo moedig?

Zie je moed als een talent, dat jij niet hebt?

Zou je graag wat meer moed willen ontwikkelen?

In een volgend artikel geef ik je een aantal inzichten en handreikingen, want moed kun je ontwikkelen. Zowel de twee peilers richtingsbesef en drive, als het fundament, jouw ego.