Tag Archief van: lef

Waarom alleen een mooi loopbaanplan niet voldoende is om je doel te realiseren

 

“Visie op je loopbaan zonder moed is een droom; moed zonder visie is een ongeleid projectiel”.

Het zijn woorden van Marinka Lipsius. Zij schreef het boek Factor Moed!; durven kiezen en volharden in BV Nederland.

Wil je net als mijn coachklant uit mijn vorige artikel de wijde wereld in? Dan is het belangrijk dat je besef hebt van de koers die je wilt varen. Dat is jouw kompas.

Maar alleen een kompas is niet voldoende. Naast dat kompas is voor zo’n stap de factor moed cruciaal; het lef, de drive om het pad in de juiste richting te durven bewandelen.

Je hebt ze beide nodig. Want heb je een prachtig plan, maar ontbreekt de factor moed, dan zul je nooit echt in beweging komen. En moedige acties zonder een plan geven vaart, maar hoogstwaarschijnlijk niet in de juiste richting.

Wil je stappen zetten in je loopbaan, maar ontbreekt het besef van richting of de factor moed, dan valt het geheel in duigen.

 

 

Moedige acties zonder plan stagneren of worden een nachtmerrie

 

Als je niet weet waarnaar je op zoek bent, dan zul je het ook niet gauw vinden.

Zo mailde mij een potentiële klant:

“Ik ben op zoek naar een andere baan en ik merk in de gesprekken die ik onlangs heb gevoerd met recruiters dat ik het niet makkelijk vind om aan te geven waar ik goed in ben, wat mijn kernkwaliteiten zijn en mijn ambities. Ik kan hierin wel wat hulp gebruiken in de vorm van coaching”.

Heel moedig heeft zij vrijwillig gebruik gemaakt van een regeling om te vertrekken. En heel wijs maakt zij, na een vlotte start en eerste ervaringen met gesprekken op de arbeidsmarkt, pas op de plaats om haar richting te bepalen.

Doe je dat niet en wordt het een actie zonder richtingsbesef, dan loop je het risico dat jouw moedige actie ontaardt in een nachtmerrie.

Want als je niet weet wat je werkelijk wenst, dan ben je je bestemming kwijt, ben je stuurloos en op weg naar nergens.

 

Dat wil mijn coachklant uit mijn vorige artikel heel duidelijk voorkomen. Voordat hij de wijde wereld in gaat, start hij met het in kaart brengen van wat hij kan en wat hij wil. Hij gaat eerst zijn richting bepalen en vervolgens doelgericht daarop koersen. Het lef, de drive die daarvoor nodig is, is ruimschoots aanwezig.

 

 

Je hart volgen vraagt moed

 

Je hart volgen; we zeggen het zo gemakkelijk, maar zo makkelijk is het niet. Je hart volgen vraagt moed.  

Wist je dat het Franse woord courage (moed) afgeleid is van coeur (hart)? En zoals Loesje zo mooi aangeeft leven het meervoud is van lef?

 

Moed is niet hetzelfde als niet bang zijn. Het is leren met angst om te gaan.

Menigeen is bij grote onzekerheid geneigd om terug te gaan naar bekend terrein. Bijvoorbeeld in een baan te blijven hangen, ook al biedt die baan weinig uitdaging meer.

Ben je moedig, dan durf je je eigen angst aan te kijken, te erkennen en de onzekerheid tegemoet te gaan. Je durft stappen te zetten.

Bijvoorbeeld vrijwillig te vertrekken bij een reorganisatie en aan te geven “Zet mij maar op die lijst”. Of je baan in loondienst op te zeggen en te gaan voor zelfstandig ondernemerschap.

 

 

Moed vraagt een prijs, maar levert ook winst op

 

De consequenties van moed zijn van tevoren niet te voorspellen.

Zo is het bijvoorbeeld, ook voor mij als loopbaancoach, moeilijk te voorspellen hoeveel tijd en energie het mijn coachklant gaat kosten om zijn bakens te verzetten en zijn ideale baan te realiseren. Zeker als het gaat om een echte loopbaanswitch.

De winst van een moedige keuze en de prijs die je daarvoor betaalt zijn van tevoren niet op een balans uit te zetten.

Zou je dat wel kunnen, dan zou je een puur rationele afweging kunnen maken.

Maar over het algemeen werkt dat zo niet. Er is van tevoren meestal niet te bepalen wat jouw moedige gedrag kost en wat het oplevert.

 

Bij moedige keuzes speelt vaak een groot belang.

Dat maakt dat je bereid bent een zeker risico in te calculeren. Het grote belang is voor jou de winst. Je bent bereid daarvoor een prijs te betalen, ook al weet je niet zeker wat die prijs zal zijn.

 

 

Moed is wilskracht en wilskracht is te trainen

 

Moed is de juiste reactie op de impuls om hard weg te rennen en de verantwoordelijkheid niet op je schouders te nemen.

Men noemt het wel de deugd die je in staat stelt je vrees te weerstaan en te overwinnen.

 

Moed draagt bij aan geluk en aan het bereiken van je doelen.

Moed is onmisbaar omdat veel van wat goed en waardevol is in het leven, alleen bereikbaar is als je bereid bent er wat voor in de waagschaal te stellen.

 

Wil je je wilskracht alvast trainen?

Met een beetje wilskracht gaat je dat lukken. Maak gebruik van mijn tips in een van mijn vorige artikelen.

 

 

 

Vind je jezelf niet zo moedig?

Zie je moed als een talent, dat jij niet hebt?

Zou je graag wat meer moed willen ontwikkelen?

In een volgend artikel geef ik je een aantal inzichten en handreikingen, want moed kun je ontwikkelen. Zowel de twee peilers richtingsbesef en drive, als het fundament, jouw ego.

 

 

 

 

Blijven zitten waar je zit of de kans grijpen om vrijwillig te vertrekken

 

Ja, ik wil eruit. Ik wil breed kijken. Ook al weet ik nog niet hoe mijn toekomst qua werk er dan uit moet gaan zien. Ik wil de wijde wereld in.”

Een heel proces heeft hij al doorlopen. Veel is hij het gesprek met zichzelf en zijn naaste omgeving aangegaan. Blijf ik in mijn sweet spot of grijp ik mijn kans om mijn grenzen te verleggen?

Ook al staat hij niet op de lijst van degenen die moeten vertrekken, de reorganisatie heeft hem wel aan het denken gezet. Blijf ik zitten waar ik zit of grijp ik mijn kans en ga ik er vrijwillig uit?

Het is zo goed als zeker. Hij kiest voor het laatste. Met zijn werkgever is hij daarover in gesprek. De lijn met mij als loopbaancoach heeft hij uitgezet.

Hij is van mijn coachklanten overigens niet de enige die van een reorganisatie gebruik maakt om vrijwillig te vertrekken. Of daarop anticipeert en alvast voorsorteert door zich te oriënteren op mogelijkheden buiten het bekende vakgebied en werkveld.

 

Je sweet spot verlaten, durf om keuzes te maken en de zeilen bij te stellen, vraagt moed. Meer moed dan blijven zitten in je sweet spot, want de consequenties van het stappen uit de zekerheid van een baan, zijn van tevoren niet te voorspellen.

Waren die wel te voorspellen, dan was er geen of nauwelijks moed voor nodig.

 

Blijven zitten in sweet spot of wijde wereld in

 

Sweet spot; een begrip dat in diverse contexten een specifieke betekenis heeft

 

Het begrip sweet spot wordt in meerdere contexten gebruikt.

In de sport is het de plek waar een slag of stoot resulteert in een maximale respons voor een bepaalde inspanning. Zo resulteert bijvoorbeeld bij tennis, honkbal of cricket, een bepaalde slag in een grotere impuls als de bal het racket (of de bat) op de sweet spot raakt.

In marketing komt het begrip terug in de marketingpiramide. De sweet spot is dan de aanduiding voor wat men noemt de mid-end producten. Dat zijn de producten waar je met een bepaalde inspanning maximale respons creëert. Dat zijn bijvoorbeeld ook producten, die opschaalbaar zijn, die je kunt aanbieden aan grotere groepen. Zo leerde ik jaren geleden in een marketingopleiding.

In contentmarketing is de sweet spot de plek waar twee belangrijke elementen uit je ondernemerschap samenkomen en elkaar deels overlappen. Enerzijds heeft elke ondernemer of elk bedrijf (unieke) kennis en vaardigheden in huis. Anderzijds is er passie of zijn er de pijnpunten van de klant. Waar die twee samenkomen, dat is de sweet spot.

Ook in de geluidstechnologie heeft men het over de sweet spot. Het gaat dan om het bereik waarin geluid optimaal klinkt. Waar dit precies ligt, hangt blijkbaar af van je geluidsinstallatie, het aantal luidsprekers én de positie van elke speaker.

 

Ook al heeft het begrip sweet spot in diverse contexten een specifieke betekenis, in alle contexten gaat het om een optimaal punt of een optimale combinatie van factoren of kwaliteiten.

 

 

De sweet spot met betrekking tot mens en werk

 

Met betrekking tot mens en werk is de sweet spot, de plaats waar jij als professional op je plek zit. Waar je voldoening en plezier kunt halen uit je werk.

Dat is waar je bezig kunt zijn met activiteiten die je makkelijk afgaan, waar je heel goed in bent. En met activiteiten die jij graag doet, waar je energie van krijgt en je krachtig door voelt.

En dat alles in een omgeving waarin jij kunt groeien en bloeien, jouw persoonlijke biotoop.

 

 

Hoe de sweet spot negatief kan gaan werken

 

Werkend in je sweet spot kun je het stadium bereiken waarin alles vanzelf lijkt te gaan.

Dat je zonder noemenswaardige inspanning kunt behalen wat en hoe je het wilt. Met als gevolg dat je je ook niet meer harder inspant. Want waarom zou je?

Dat lijkt misschien aantrekkelijk, maar je hebt alle kans dat werk dan gauw verveelt en leidt tot zekere gelatenheid, inschikkelijkheid.

 

Dat wil mijn coachklant voorkomen. Sterker nog, dat is wat hij helemaal niet zoekt en nastreeft. Hij bruist van energie en wil graag zijn tanden zetten in iets nieuws. Ook al weet hij nog niet hoe dat nieuwe werk eruit moet gaan zien.

Onderzoeken welke mogelijkheden hij nog meer heeft, zichzelf ontwikkelen, uitdagingen omarmen; dat is wat hij wil.

Dat besluit gaat verder dan rationele overwegingen en komt voort uit een diepe overtuiging. Het gehoor geven aan die overtuiging vraagt moed.

Meer over de factor moed lees je in mijn volgend artikel.

 

 

 

Neem jij geen genoegen met werk in jouw sweet spot?

Wil jij zelf de regie in je loopbaan en ga jij voor een hot spot, werk waar je gelukkig van wordt en ook nog een mooi inkomen mee genereert?

Lees mijn aanbod met betrekking tot individuele loopbaancoaching. En neem contact met me op voor het maken van een afspraak voor een vrijblijvend oriënterend gesprek.

 

 

 

 

Waarom het lastig kan zijn om te veranderen van baan, terwijl je weet en voelt dat je werk niet meer bij je past

 

Als je het helemaal niet naar je zin hebt in je werk en je werk je meer energie kost dan het je oplevert, dan ben je mogelijk al moe als ‘s ochtends de wekker gaat. Het liefst draai je je nog een paar keer om in je bed. Of ‘duik je onder’ en meld je je ziek. Maar dat doe je ook niet zomaar, als je niet écht ziek bent.

Logisch redenerend zou je zeggen; ‘maak werk van ander werk’. Why not! Zeker met de krapte op de huidige arbeidsmarkt.

Maar kennelijk is dat makkelijker gezegd dan gedaan. Waarom is het zo lastig om te veranderen van baan, als je werk niet langer bij je past? Want als je het rationeel bekijkt, dan zou werk maken van ander werk toch een oplossing zijn?

 

Veranderen van baan kan lastig zijn, ook al weet je en voel je dat je werk niet meer bij je past

Wij mensen zijn in hoge mate onbewuste, irrationele en emotionele wezens

 

We zien onszelf het liefst als bewuste, logische en rationele wezens. We realiseren ons echter niet dat we het merendeel van onze beslissingen nemen op de automatische piloot. Volgens Daniël Kahneman doen we dat zelfs voor 95%-98% van de tijd. Ons bewuste brein staat volgens hem maar voor 2%-5% aan.

Volgens Kahneman werkt de automatische piloot, systeem 1, 200.000 keer sneller dan systeem 2, het bewuste brein. En kan systeem 1, in tegenstelling tot systeem 2, ook meerdere dingen tegelijk.

Een mooi voorbeeld daarvan hoorde ik in een podcast van Managementboek met als onderwerp ‘De ander activeren via het onbewuste brein’. Willem van Leeuwen, de podcastmaker is in gesprek met Genieke Hertoghs, de auteur van ‘Don’t push me!’ – hoe je mensen wel beweegt.

In de podcast wordt Willem van Leeuwen gevraagd om de maanden van het jaar op te noemen. Dat gaat hem gemakkelijk af en hij doet het feilloos. Terwijl hij de maanden noemt blijft hij middels zijn ogen in contact met zijn gesprekspartner. Vervolgens vraagt Genieke hem om de maanden in alfabetische volgorde te noemen. Daar moet hij echt over nadenken en het gaat hem ook niet goed af. Opmerkelijk is, dat het nadenken kennelijk voor hem niet te combineren is met oogcontact houden met zijn gesprekspartner. Want zijn ogen zijn volgens Genieke Hertoghs naar boven gericht.

Mensen blijken in een gesprek het oogcontact te verbreken als ze niet kunnen varen op de automatische piloot. Maar systeem 2, het bewuste brein, aan moeten spreken. Een leuk experiment om eens met iemand uit te proberen.

 

Waarom het zo lastig is om een verandering in gang te zetten

 

Onbewust hebben we weerstand tegen verandering en die weerstand komt voort uit loss aversion. Verliezen, loslaten wat we hebben doet pijn. En die pijn willen we vermijden.

Kennelijk zijn we gevoeliger voor verlies van wat we hebben, dan dat we uit zijn op winst. Die gevoeligheid voor verlies beperkt zich overigens niet tot werk, maar heeft betrekking op allerlei levensterreinen. Denk bijvoorbeeld aan relaties, woon- en sociale omgeving.

Daarnaast speelt ook conformation bias een rol; vooringenomenheid in je brein. Onze hersenen zijn geneigd de informatie te kiezen die het meest overeenkomt met eigen bestaande overtuigingen. Dus nieuwe informatie zo te filteren dat die klopt met eigen overtuigingen.

 

Je kunt anderen niet overtuigen met argumenten

 

We hebben behoefte aan veiligheid en zekerheid. Van nature zijn we geneigd om op zoek te gaan naar wat we kennen; een veilige bubbel.

En ook al past je werk niet langer bij je, je weet wel wat je hebt en niet wat je krijgt.

Ook zijn we geneigd om te zoeken naar bevestiging van ons gelijk. Het is dan ook niet gemakkelijk, om iemand met argumenten te overtuigen dat het goed is om zijn werk los te laten en werk te maken van iets nieuws. Je loopt zelfs het risico dat betrokkene alleen maar sterker overtuigd raakt van zijn eigen gelijk, dat die beter kan blijven zitten waar die zit.

Wat wel werkt lees je in mijn volgend artikel.

 

 

 

Zou je graag een stap willen zetten naar ander werk?

Weet je niet hoe dat aan te pakken en eerste stappen te zetten?

Lees mijn boek ‘Wat wil ik nu echt?’.

 

 

 

 

Waarom je met een moreel ambitieus leven niet vroeg genoeg kunt beginnen

 

‘Verspilling van talent is de grootste verspilling van onze tijd’; dat zegt Rutger Bregman in zijn artikel op decorrespondent.nl

‘Over de hele wereld zijn er miljoenen mensen die een grote bijdrage kunnen leveren aan een betere wereld, maar het niet doen.’

Een deel daarvan, ongeveer de helft van de wereldbevolking, krijgt daarvoor niet de kans. Maar het problematische is, dat met name de mensen die de kans wel krijgen, die kans onvoldoende benutten.

Enerzijds omdat ze blijven hangen in wat hij noemt ‘suffe, nutteloze of schadelijke banen’. Anderzijds door gebrek aan wat hij noemt ‘morele ambitie’; de wil om de wereld een veel betere plek te maken.

 

Verspilling van talent is de grootste verspilling van onze tijd

 

Verspilling van talent door de vele parttimebanen

 

We hebben nog steeds te kampen met krapte op de arbeidsmarkt.

Bij die krapte is het probleem niet zozeer dat de mensen er niet zijn, maar de mensen die er zijn, zorgen voor onvoldoende economisch aanbod.

Het gemiddelde aantal werkuren per week is 29. Zeven op de tien vrouwen in ons land werken tussen de 12 en 32 uur. En dat terwijl beneden de leeftijd van 35, vrouwen hoger opgeleid zijn dan mannen. En meisjes betere prestaties leveren in het onderwijs dan jongens.

Maar helaas, gaat twee derde van de vrouwen die hoger onderwijs hebben gevolgd, parttime werken. Of werkt misschien helemaal niet buitenshuis.

En ook steeds meer mannen hebben een parttimebaan.

 

 

Angst voor verandering; de eerste ouderdomsziekte die zich aandient

 

‘De meeste mensen die de dertig zijn gepasseerd veranderen nog maar zelden van koers. Wie eenmaal een labrador, een taartschep of een elektrische grasmaaier heeft, is doorgaans een verloren zaak.’, zegt Bregman.

Ook al moet ik glimlachen bij die uitspraak, ik ben het niet helemaal met Bregman eens.

Deels hoor ik als loopbaancoach redenen waarom mensen denken dat ze hun koers niet bij kunnen stellen, verantwoordelijk als ze zich voelen voor verplichtingen die ze zijn aangegaan. Zoals bijvoorbeeld de kosten van hun hypotheek of de levensstandaard die ze zich eigen hebben gemaakt. Die ze graag voortzetten en waarop ze niet in willen leveren.

Aan de andere kant komen mensen bij mij terecht met hun loopbaanvragen, juist omdat ze het verschil willen maken met de bijdrage die ze leveren met hun werk.

Omdat ze niet langer in hun ogen nutteloos werk willen blijven doen of niet langer een bijdrage willen leveren aan wat voor hen niet betekenisvol is. Bijvoorbeeld toezicht uitoefenen op het toezicht of een bijdrage leveren aan het verhogen van de omzet van het bedrijf, terwijl ze niet achter het product kunnen staan.

En dan gaat het met name om eind dertigers, begin veertigers.

 

 

Financially Independent, Retire Early (FIRE)

 

FIRE; het is maar hoe je ernaar kijkt.

Bregman ziet aanhangers van FIRE niet als ambitieus en niet als idealistisch in de zin van de wereld een betere plek maken.

Aanhangers van FIRE streven ernaar om in korte tijd zoveel mogelijk geld te verdienen en/of te maken bijvoorbeeld door beleggingen, zodat ze tussen hun dertigste en veertigste financieel onafhankelijk zijn en lekker vroeg kunnen genieten van het vrije, blije leven en hun pensioen.

Bijvoorbeeld het verhaal van Puck Landewé in de Volkskrant. Ze is nu 33 en verwacht over een jaartje niet meer te hoeven werken omdat ze dan in principe kan leven van haar rendement uit beleggingen.

Ernst-Jan Pfauth, zelf FIRE-aanhanger, kijkt daar in Opinie in NRC anders naar.

Hij heeft zich verdiept in de ideeën van Pete Adeney, de grondlegger van FIRE. Dan blijkt FIRE niet te draaien om maximaliseren van inkomen, maar om minimaliseren van uitgaven. Als je minder uitgeeft, hoef je ook minder te sparen om financieel vrij te zijn.

En Adeney gelooft dat als we niet meer afhankelijk zijn van een salaris, we ons inzetten voor zaken die we echt belangrijk vinden.

In Adeney’s visie is FIRE dus geen ‘snel rijk worden programma’. FIRE worden draait om keuzes maken. Wel met pensioen, maar niet stoppen met werken. FIRE draait dan om Happy, Opportunity-rich en Time-rich (HOT). Balans en levensgeluk in het hier en nu.

Dat klinkt heel anders dan in korte tijd zo snel mogelijk rijk zien te worden, zodat je zo snel mogelijk een vorm van vrijheid bereikt waarbij je ‘niets meer hoeft’.

 

 

Morele ambitie; de wil om de wereld een veel betere plek te maken

 

Ze zijn er, mensen met de ambitie van een carrièretijger in combinatie met idealisme. Ik denk daarbij meteen aan Greta Thunberg. Zelf heb je vast andere voorbeelden.

Mensen met morele ambitie hebben plichtsbesef; ze voelen het als een plicht om met hun talenten de wereld een veel betere plek te maken. Bovendien worden ze gedreven door pure ambitie. Ze geloven dat ze het verschil kunnen maken. Denken dat er veel meer mogelijk is dan dat we nu doen. En ze komen in actie.

 

Welke carrièreladder wil jij beklimmen?

Zie je je werk vooral als een bron van inkomsten? Misschien zelfs een beetje als een noodzakelijk kwaad? En ben je niet zo kritisch met betrekking tot de inhoud van je werk?

Of heb je wel degelijk ambitie en wil je werk maken van waar jij een bijdrage aan wilt leveren? Waar jij warm voor loopt om de wereld een veel betere plek te maken?

Wil je een moreel ambitieus leven leiden? Volgens Bregman kun je dan niet vroeg genoeg beginnen. Want voordat je er erg in hebt, zit je vast in een doorsneebaan met gouden handboeien en kun je nog geen fractie van je tijd en inkomen missen omdat je de nodige (en onnodige) verplichtingen al bent aangegaan.

Als je de sprong durft te wagen, dan zijn volgens Bregman de mogelijkheden eindeloos. Want juist omdat zoveel mensen hun talent verspillen, kunnen moreel ambitieuze mensen verschil maken.

 

 

Tot slot

 

Vind je je huidige baan vrij nutteloos?

Of vind je dat jouw baan niets of weinig toevoegt aan de samenleving?

Vind je je huidige baan misschien zelfs ronduit schadelijk?

Lees mijn boek WAT WIL IK NU ECHT? – Een loopbaanstrategie voor gedreven hbo’ers en academici die meer waarde willen realiseren in hun werk.

 

Ben je nieuwsgierig naar de mogelijkheden voor begeleiding op jouw weg naar mooi werk?

Neem contact met me op.

 

 

 

 

 

Mijn eerste baan bij de afdeling Algemene Onderwijskunde van Fontys Lerarenopleidingen was ter vervanging van een collega.

Ik gaf vakken als onderwijsoriëntatie, ontwikkelingspsychologie, didactiek en filosofie van opvoeding en onderwijs.

Dat waren nog eens tijden. Met name bij de afdeling TeHaTex (Tekenen, Handvaardigheid en Textiel). Het was begin tachtiger jaren en ik zie het nog voor me: breiende studenten in de collegebanken. En dat deden ze heus niet alleen bij mij. “We letten wel op hoor”, zeiden ze dan. En dat was ook zo.

Voor mij was multitasking ook wel herkenbaar. Ik heb hele truien gebreid, terwijl ik tegelijkertijd boeken las. Het boek op schoot en naar mijn breiwerk hoefde ik maar met een half oog te kijken. Het breien zelf ging automatisch.

 

Heel anders waren de lessen voor de deeltijdstudenten, met name bij Geschiedenis. Na hun werk kwamen ze in de avonduren naar de les. Altijd goed voorbereid en heel gemotiveerd.

 

Na de vervangingsperiode werd ik met enige regelmaat gevraagd om in te springen als men mankracht tekortkwam. Achteraf bezien, werkte ik als een soort uitzendkracht. Ik werd ingehuurd als ik nodig was en vertrok weer als in de behoefte was voorzien.

Lange tijd vond ik dat acceptabel. Ik vond het in elk geval geen probleem. Als ik er nu op terugkijk, dan doet het me denken aan wat ze in de psychologie het gekookte kikker syndroom noemen. Gooi je een kikker in een pan kokend water, dan springt hij er direct weer uit. Zet je een kikker in een pan koud water op een warmtebron, dan blijft hij zitten en raakt langzamerhand gekookt.

De vergelijking gaat niet helemaal op. Want toen ik me steeds meer bewust werd van mijn positie en het me figuurlijk te warm werd, was het tijd voor een ommekeer.

Het was al te gek dat ik zo met mezelf liet sollen. In plaats van dat ik me vereerd voelde dat ik weer mijn bijdrage mocht leveren, werd ik me steeds meer bewust van mijn waarde op de arbeidsmarkt. En durfde ik mijn voorwaarden te stellen.

Na weer een periode van afwezigheid werd ik gevraagd voor een aantal vakken en lessen. Met name op het terrein van leerlingbegeleiding en mentoraat. Het aanbod sprak me aan, maar alleen onder mijn voorwaarde; een aanstelling voor onbepaalde tijd. Die kreeg ik en al met al heb ik zeven jaar met veel plezier bij Algemene Onderwijskunde gewerkt.

Naast mijn vakken in de lerarenopleiding ontwikkelde ik samen met collega’s nascholingscursussen en voerde die uit. Met name: organisatie van leerlingbegeleiding en mentoraat voor schoolleiders en decanen van scholen voor voortgezet onderwijs. En zo groeide mijn belangstelling voor keuze- en loopbaanbegeleiding.

 

Bewust van je waarde op de arbeidsmarkt

 

Hoe is dat voor jou?

Ben jij je bewust van wat je waard bent op de arbeidsmarkt?

Voel jij je op waarde geschat?

Heb je een goed beeld van jouw kwaliteiten en kun je daarover zelfverzekerd communiceren? Kun je aan de hand van concrete voorbeelden laten zien en horen welke resultaten jij met jouw kwaliteiten hebt neergezet?

Zodat een werkgever een beeld krijgt van wat het hem oplevert als hij jou met jouw kwaliteiten in dienst neemt?

En heb je een beeld van wat qua salaris gangbaar is voor de functie die je ambieert? Heb je daarvoor jouw marktonderzoek gedaan?

Durf je te onderhandelen, wetend wat jij waard bent op de arbeidsmarkt?

 

Kun je niet alle vragen met ‘ja’ beantwoorden? Ook al had je dat graag gewild, juist omdat je stappen wilt zetten in je loopbaan?

Maak een afspraak voor een oriënterend gesprek met deze link.

In een oriënterend gesprek verkennen we waar je met name behoefte aan hebt. En waarbij je hulp kunt gebruiken om jouw koers uit te stippelen richting de toekomst en jouw doelen te realiseren.

 

 

 

 

Wat maakt dat je geen stappen zet in je loopbaan en maar blijft zitten waar je zit

 

Een coachklant mailde mij:
“Ik had me voorgenomen om na de eerste werkweek een afspraak bij je in te plannen. In de verwachting dat ik direct weer tegen dingen aan zou gaan lopen, waardoor ik weer in actie kom. Dit is niet gebeurd, het is momenteel rustig op mijn werk. Waarna ik ga twijfelen of ik nu wel moet vertrekken. Terwijl ik weet dat de dingen waar ik me aan erger echt wel weer gaan komen. En dat de groei in mijn baan er wel uit is. Ik weet niet zo goed wat er gebeurt waardoor ik niet in actie kom. Enerzijds hangt dit denk ik wel samen met een hectische periode thuis. Anderzijds is er ook een soort koudwatervrees ofzo waardoor ik toch niet zo goed durf.”

Maar is het koudwatervrees? Of heeft zij het gevoel dat zij vastzit in haar baan en daardoor niet in beweging komt? Of spelen beide een rol?

 

Vastgeketend aan een paaltje of koudwatervrees?

 

Het verhaal van de olifant en het paaltje

 

Misschien is het voor jou lang geleden dat je een circus hebt gezien. Voor mij geldt dat in elk geval wel.

Ik kan me dan ook niet herinneren, dat een reuze olifant bij zo’n circus vaak aan een klein paaltje vastzit met een simpel touw. En dat de olifant geen poging doet om te ontsnappen, terwijl die dat makkelijk zou kunnen. Als die even een flinke ruk zou geven aan de ketting waarmee die vastzit aan het paaltje, zou die het paaltje zo uit de grond kunnen trekken.

Waarom doet een olifant dat dan niet?

Olifanten worden getemd als ze nog heel klein zijn. Een baby-olifant wordt met een touwtje aan een paal gebonden die groter is dan hijzelf. Als het dier probeert zich los te rukken, lukt dit niet. Het kleintje schopt en trekt uit alle macht om los te komen en zijn vrijheid terug te krijgen. Dit doet hij dagen, weken, maanden achter elkaar. Maar hij kan niet loskomen, want het paaltje met de ketting zijn te zwaar voor zijn kleine lijfje.

Uiteindelijk geeft het olifantje op, omdat hij uit ervaring leert dat hij niet los kan komen. Hij geeft de moed op en blijft staan bij het paaltje met het touw om zijn poot.

Omdat de olifant zo overtuigd is van het niet los kunnen komen blijft hij zelfs als volwassen, sterke olifant aan het paaltje staan. Dit leidt ertoe dat de olifant accepteert dat hij niet kan ontsnappen en dit ook niet meer zal proberen. Deze overtuiging gaat zo ver dat hij in de veronderstelling is, dat er geen ontsnapping mogelijk is en braaf aan het paaltje blijft staan. Zelfs als hij groot is,

Het verhaal wordt vaak gebruikt als metafoor voor aangeleerde hulpeloosheid.

 

 

Het verhaal van de geketende olifant en het verhaal van mensen die vastzitten in hun werk

 

Het verhaal van de geketende olifant lijkt op de verhalen van mensen die blijven hangen in slechte ervaringen.

Jij kent ze vast ook wel, collega’s die klagen, zich afhankelijk opstellen, uitgaan van wat allemaal niet kan en zelf geen verantwoordelijkheid nemen. Collega’s bij wie het glas altijd halfleeg is. En die min of meer hun loopbaan schijnen te ondergaan in plaats van dat ze zelf aan het roer staan.

Het zijn mensen die zich laten leiden door wat allemaal niet kan of wat ze allemaal niet kunnen en zich afhankelijk opstellen. Het zijn mensen die niet opnieuw proberen om stappen te zetten in hun loopbaan, omdat ze vasthouden aan hun negatieve ervaringen.
Dat weerhoudt hen van benutten van de mogelijkheden die de arbeidsmarkt en het leven biedt en die hun leven volledig zouden kunnen veranderen.

 

 

Hoe je je losmaakt als je je vastgeketend voelt in je huidige werk

 

Zoals het voor een volwassen olifant maar één stapje is om het paaltje uit de grond te trekken, zich los te maken en zijn ruimte in te nemen, zijn pad te lopen en zijn weg te vervolgen, zo kun jij je ook losmaken als je je vastgeketend voelt in je huidige werk.

Ik realiseer me daarbij heel goed dat het lang niet altijd makkelijk is om het bekende los te laten en werk te maken van iets nieuws. Want je weet wat je hebt en je weet nog niet wat je krijgt.

Onderstaande handreikingen helpen je op weg:

 

 

In een volgend artikel lees je meer over hoe om te gaan met koudwatervrees op de arbeidsmarkt.

 

 

 

 

Je kent ze vast ook wel, van die restaurants met tig gerechten op de kaart. Zoveel gerechten dat het bedienend personeel denkt en communiceert in termen van nummers in plaats van namen.

Vooral Aziatische restaurants zijn naar mijn ervaring goed in het samenstellen van een super uitgebreide menukaart, maar menig Italiaans restaurant kan er ook wat van.

Voor zover je het als gast dan meekrijgt, is het vaak ook hartstikke druk in zo’n keuken. Dat is geen wonder.

Ik kan me niet voorstellen dat je met zo’n uitgebreide menukaart voor elk gerecht echt waarde kunt leveren. Ook al organiseer je het nog zo goed.

Geef mij maar een restaurant met beperkte keuzemogelijkheden.

 

Er zijn van die restaurants, die het je heel makkelijk maken.

Dat doet me denken aan een restaurant in Odeceixe, Portugal. Houd je van een beknopte menukaart? Nou, die hebben ze daar.

Je kunt kiezen uit twee opties: ‘4 momentos’ of ‘7 momentos’. Dat is het. Wat de momentos zijn, dat moet je maar afwachten.

Bij het welkomstdrankje wordt wel aan je gevraagd of er iets is wat je niet wilt of mag eten.

In de keuken is het niet druk. Je ziet vanuit het restaurant dat er met veel aandacht wordt gewerkt. En er komt zeker geen lawaai uit de keuken.

En they do less; vier gerechten van het zeven gangen menu zijn identiek aan het menu met de vier gangen. Evenals alle kleine hapjes als verrassingen tussen de gerechten door.

But they obsess; over elke creatie is goed nagedacht. En elk gerecht wordt met heel veel zorg bereid, tot in de puntjes opgediend en gepresenteerd. Elk gerecht is een creatie.

Zij leveren waarde, niet alleen wat betreft de gerechten, maar ook qua ambiance en gastvrijheid.

 

Meer waarde in werk; do less, then obsess

 

Ook met betrekking tot je werk is het goed om je niet gek te laten maken door alle drukte en welbewust keuzes te maken. Je te concentreren op een gering aantal kernactiviteiten waarmee je de meeste waarde toevoegt.

Stel prioriteiten. Krijg daar een obsessie voor, ga met extreme toewijding aan het werk en zeg nee tegen de rest.

Door die extreme toewijding kom je tot buitengewone resultaten.

Less and more; minder activiteiten of zoals in het restaurant minder gerechten, meer geconcentreerde aandacht.

Maximaliseer de waarde van je werk door te kiezen voor een beperkt aantal activiteiten en besteed daar alle aandacht aan.

Combineer daarbij jouw passie (datgene waar je energie van krijgt) met je purpose (zingeving). Dan heb je nauwelijks nog het gevoel dat je het te druk hebt, want wat je doet heeft betekenis.

 

 

 

Heb je nog geen helder beeld van waar jij écht warm voor loopt? Waar je energie van krijgt en waar je een bijdrage aan wilt leveren?

Lees mijn boek ‘Wat wil ik nu echt?’ – een loopbaanstrategie voor gedreven hbo’ers en academici die meer waarde willen realiseren in hun werk.

 

Weet je bij voorbaat dat je wel wat hulp kunt gebruiken om een antwoord te krijgen op jouw loopbaanvragen?

Plan een afspraak in voor een oriënterend gesprek. Dat kan met deze link.

 

 

 

 

Durf op tijd te stoppen met iets dat niet voor je werkt of niet langer bij je past

 

Iets nieuws beginnen geeft energie. Heerlijk!

Maar loslaten van het oude is lang niet altijd makkelijk.

Een van mijn coachklanten gaf aan op LinkedIn: ‘Ik heb er lang over gedaan om de knoop door te hakken, maar nu durf ik het. Als ik echt naar mijzelf luister, dan zegt mijn hart dat deze functie simpelweg niet bij mij past. Bij wie ik ben, waar mijn kwaliteiten liggen en wat ik wil.’
Ik zat lang vast in de wanhoop stand: ‘Ik móet iets anders vinden maar ik weet niet wat en al helemaal niet waar, dus ik blijf maar doorgaan in een functie die mij helemaal niet past tot ik het gevonden heb’. Die vicieuze cirkel doorbreek ik nu doordat ik mijn werk heb opgezegd. Dit geeft ruimte en rust zodat ik vanuit een gezonde en energieke positie een baan kan vinden die wél bij mij past.

Het is krachtig dat ze de moed heeft gehad om tegen zichzelf te zeggen ‘dit werkt niet voor mij.’ Zeker als je er jaren naartoe gewerkt hebt en er veel voor hebt opgeofferd.

Te lang doorgaan met iets dat niet voor je werkt, is niet alleen onverstandig, het is ook ongezond. Zowel fysiek als mentaal.

Maar de stekker eruit trekken doe je niet zomaar. Het is dan ook de kunst om dat op tijd te doen.

Vaak zijn er signalen die erop wijzen dat het daarvoor de tijd is. Het is zaak om die signalen serieus te nemen.

 

Alles is gedurfd voor wie niets durft
Tudo é ousado para quem a nada se atreve
Alles is gedurfd voor wie niets durft

 

Signalen dat het tijd is om werk te maken van ander werk

 

Aan welke signalen kun je dan denken?

Ik geef je een aantal voorbeelden van signalen, die ik met regelmaat hoor van mijn coachklanten. Signalen, die voor hen aanleiding zijn om contact met mij op te nemen als loopbaancoach.

Herken je een aantal van deze signalen? Neem ze serieus en doe er wat mee.
1. Werk vreet al je energie en je werkplezier is ver te zoeken
2. Je loopt voortdurend te klagen, te mopperen over je werk
3. Je passie is weg
4. Je bent vaak humeurig en gestrest
5. Je hebt lichamelijke klachten; je bent vaak moe, hebt concentratieproblemen, vaak hoofdpijn, rugpijn
6. Je zit niet meer op één lijn met de organisatie waarvoor je werkt
7. Je voelt je niet gewaardeerd of krijgt onvoldoende erkenning voor de kwaliteit en het belang van wat je doet in je werk
8. Je hebt geen mogelijkheden meer om te groeien als professional; je hebt het gevoel dat je stilstaat
9. Je hebt behoefte aan een nieuwe uitdaging
10. Je wilt meer autonomie. Je voelt je voortdurend gecontroleerd.
11. Je wilt intellectueel meer geprikkeld worden
12. Je wilt meer met je handen werken in plaats van alleen met je hoofd

 

 

Tijdig stoppen op basis van een lijst met kill-criteria

 

Kill-criteria : signalen die je vertellen dat het tijd is om te stoppen.

Ben Tiggelaar schreef erover in een van zijn columns in NRC.

Geïnspireerd door het boek Quit: The Power of Knowing When to Walk Away van Annie Duke geeft Ben Tiggelaar zijn advies op basis van Dukes belangrijkste les: maak op het moment dat je aan iets nieuws begint, meteen een lijstje met signalen dat je weer moet stoppen. Je zogenaamde kill-criteria.

Hoe doe je dat?

Maak je een voorstelling van hoe het zou zijn als het werk dat je doet je op een gegeven moment tegen gaat staan. Hoe merk je dat zelf? Wat mis je dan in je werk? Waar loop je tegenaan? Wat denk je? Hoe voel je je? Hoe gedraag je je? Wat zeggen anderen over hoe jij je werk doet en hoe praat je zelf over je werk?

Zet al die signalen in een lijstje.

Maak ook een positief lijstje met signalen dat je met je werk op het goede spoor zit en je werk voldoet aan je behoeften. Hoe denk je dan over je werk? Hoe voel je je? Hoe praat je over je werk met anderen? Wat zeggen anderen over hoe jij je werk doet en hoe zij jou in je werk ervaren?

En een belangrijke laatste stap: zet data in je agenda waarop je evalueert of je nog op het goede spoor zit of dat het tijd is om stappen te zetten. En zet die data niet alleen in je agenda, maar maak bijvoorbeeld ook een taak aan, zodat je echt met die evaluatie aan de slag gaat.

 

 

Durf eerlijk te zijn ten opzichte van jezelf en ga je ervaringen niet relativeren

 

Durf conclusies te trekken op basis van je evaluatie. Ga de confrontatie niet uit de weg. Durf op tijd te stoppen met iets dat niet voor je werkt of niet langer bij je past

Op tijd stoppen is niet zwak, maar juist krachtig en slim. Want elke dag die je eerder stopt met iets dat niet werkt, kun je besteden aan iets dat wél de moeite waarde is.

Realiseer je dat door deuren te sluiten, nieuwe deuren voor je opengaan.

En: ‘Tudo é ousado para quem a nada se atreve’ (Fernando Pessoa, Portugees dichter). In het Nederlands: ‘Alles is gedurfd voor wie niets durft.’

 

 

 

Wil jij, net als coachklanten die jou zijn voorgegaan, met mijn hulp in kaart brengen waar je kwaliteiten liggen en wat er bij je past? En op basis van het profiel van je ideale werk die nieuwe deur voor jou geopend laten worden?

Maak een afspraak voor een oriënterend gesprek in mijn online agenda. Dat kan met deze link.

 

 

 

 

Hoe je als vrouw beter gebruik maakt van je netwerk

 

Vrouwen zouden beter gebruik moeten maken van hun netwerk. Dat helpt hen om de top te bereiken, concludeert Jeanne Martens in haar proefschrift. Zij onderzocht de betekenis van netwerken in relatie tot de carrière van hoogopgeleide vrouwen.

Vrouwen zijn zich over het algemeen minder bewust van hun netwerk dan mannen en zetten hun connecties minder vaak in om hun carrièredoelen te realiseren. Bovendien zijn de opbrengsten van netwerken voor vrouwen vaak ook lager.

Maar hoe dan beter gebruik maken van je netwerk?

Geïnspireerd door tips uit het proefschrift van Jeanne Martens geef ik je een aantal suggesties. En ook mannen kunnen er hun voordeel mee doen.

 

Wat vrouwen van mannen kunnen leren

 

Sta bewust stil bij je netwerk

 

Denk niet te gauw dat je nauwelijks een netwerk hebt. Ik heb de indruk, ook van mijn coachklanten, dat veel mensen geneigd zijn de grootte van hun netwerk te onderschatten. Misschien wel omdat ze bij netwerk gelijk denken aan een zakelijk netwerk.

Je netwerk is meer dan je zakelijke netwerk. En ook meer dan je connecties op LinkedIn. Denk maar eens aan connecties als familie, vrienden, leden van verenigingen, disputen, kringen, clubs waar je lid van bent, vrijwilligerswerk dat je doet. En vergeet niet de mensen die je kent van het schoolplein, de hockey- of de voetbalclub, de atletiek- of de tennisvereniging van je kinderen.

Als wij in ons stadje wandelen kom ik altijd wel mensen tegen die ik ken. Tot verbazing van mijn man, die mij dan vraagt wie dat is en waarvan ik die ken.

Om je bewust te worden van je netwerk is het de moeite waard om bijvoorbeeld eens een mindmap te maken van alle verbanden waar jij deel van uitmaakt. En, als je blad groot genoeg is, welke mensen je op die manier kent. Ik vermoed dat je versteld zult staan van het resultaat. En mogelijk komen er gelijk ideeën in je op wie je waarvoor zou kunnen contacten.

En wat betreft LinkedIn, loop je connecties eens na en realiseer je welke voor jou interessante mensen je allemaal kent. Dat bladeren door je connecties kan gelijk aanleiding zijn om contacten weer eens op te warmen.

 

 

Wees zichtbaar, gebruik je netwerk om je resultaten te delen

 

Doe dat intern én extern. Over het algemeen vertellen mannen wat makkelijker over wat ze gerealiseerd hebben, dan vrouwen. Vrouwen zijn daar over het algemeen wat bescheidener is.

En denk dan niet alleen aan resultaten delen. Gebruik netwerken ook om een beeld te krijgen van wat er speelt, wat ontwikkelingen zijn in een voor jou interessant werkveld of vakgebied, wat uitdagingen zijn waar men tegenaan loopt en wat behoeftes zijn waar jij met wat jij te bieden hebt, op in kunt spelen. En durf door te vragen.

Wat zichtbaar zijn betreft herken ik wat Jeanne Martens in haar onderzoek constateerde: dat veel vrouwen de netwerkbijeenkomsten als sluitpost van hun agenda’s beschouwen. Dat bij drukte netwerkbijeenkomsten vaak als eerste worden geschrapt.

Dat mannen eerder dan vrouwen bewust tijd vrijmaken voor bijvoorbeeld de vrijmibo’s, de vrijdagmiddagborrels. Terwijl voor vrouwen de vrijdag vaak parttime dag is. En als dat niet zo is, dat ze graag op tijd thuis willen zijn voor het weekend.

Of dat vrouwen liever nog even doorwerken op kantoor om hun werk af te krijgen, dan dat ze naar de netwerkbijeenkomst gaan.

Wetend dat netwerken je als vrouw (maar ook als man) helpt om de top te bereiken zegt Jeanne Martens dan ook: ‘Maak tijd voor netwerken. Ruim bewust tijd in je agenda in. Netwerken is werk. Bespreek het zo nodig thuis.’

 

 

Zoek en vind deuropeners en liever nog sponsoren

 

In een van mijn vorige artikelen kun je lezen over deuropeners; mensen die figuurlijk voor jou alvast de deur bij een voor jou interessant netwerkcontact op een kiertje kunnen zetten. Zo ben ikzelf bijvoorbeeld regelmatig deuropener voor mijn coachklanten. Ik stuur dan een e-mail naar een netwerkcontact van mij, waarvan ik weet dat dit van betekenis kan zijn voor mijn coachklant. Ik vraag of mijn coachklant hem of haar mag bellen voor een afspraak. Dat is eigenlijk altijd oké. Bovendien heeft het werken met verwijzers het grote voordeel dat het contact dan ook al is ‘opgewarmd’.

Jij hebt vast ook mogelijke deuropeners.

Een sponsor is nog waardevoller dan een deuropener. Een sponsor is niet alleen iemand die jou kan introduceren, maar ook kan aanbevelen. Als een sponsor jou aanbeveelt, word je door anderen eerder op waarde geschat.

Zo’n sponsor kan een oud-collega zijn, een oud-leidinggevende, een bestuurder of commissaris of iemand die een rolmodel voor je is.

Vind als vrouw een mannelijke sponsor. Daar heb je mogelijk meer profijt van dan van een vrouw als sponsor. Enerzijds omdat het nog steeds zo is, dat meer mannen topfuncties uitoefenen dan vrouwen. Anderzijds omdat mannen toegang hebben tot andere netwerken dan vrouwen.

Wat betreft sponsoring is het natuurlijk het mooiste als iemand in een face to face contact met een mogelijk interessant persoon jou kan aanbevelen. Maar ook waardevolle aanbevelingen op LinkedIn werken als sponsoring. Dus, durf om aanbevelingen op LinkedIn te vragen.

 

 

Durf om hulp te vragen van je netwerk

 

Realiseer je dat je netwerk inschakelen voor informatie of introductie geen brevet van onvermogen is, maar een slimme zet.

Als je carrière wilt maken, hoort netwerken erbij.

Voor haar onderzoek sprak Jeanne Martens 86 topvrouwen. Allen vertelden ze dat hun netwerk een wezenlijke rol heeft gespeeld in hun loopbaan en benadrukten ze het belang van sponsors. Sponsors, die als een soort ambassadeur hun protegé bijstaan met advies en diegene introduceren in relevante netwerken. Het biedt dus absoluut mogelijkheden en het zou helpen als meer vrouwen zich daar bewust van zijn.

 

 

Denk strategisch, schakel niet alleen mensen in die je aardig vindt of goed kent, zie het zakelijk

 

Ik kan me goed voorstellen dat het, het makkelijkst is om mensen in te schakelen dat je goed kent en aardig vindt. Dat is ook het meest vertrouwd. En zeker als je nog maar net begonnen bent met netwerken, heel verstandig.

Maar heb je eenmaal wat ervaring opgedaan, schakel dan door en maak strategische keuzes.

Realiseer je daarbij dat echt netwerken lef vraagt. Dat geldt niet alleen voor vrouwen, maar ook voor mannen.

Succes bij de baanverwerving wordt voor een deel bepaald door de mate waarin je angst weet te overwinnen. Die angst overwin je door te doen. Stap uit je comfortzone, durf op mensen af te stappen en durf eventueel je neus te stoten.

 

 

Deel zijn van het ‘old boys network’ of voor je gevoel vastzitten in de krabbenmand

 

Mannen zetten vaker hun connecties in om carrièredoelen te bereiken dan vrouwen. Ook schuiven mannen elkaar over het algemeen makkelijker dingen toe dan vrouwen.

Dat doet mij denken aan het old boys network en de ervaring van een van mijn coachklanten, een vrouw. Zij werkte bij de overheid en vertelde dat zij in het verleden een tweetal keren gepasseerd was voor een functie die zij ambieerde. Zij had de indruk dat zij niet voldoende stevige sponsoren had, op het juiste niveau in het old boys network.

Dat vrouwen minder makkelijk dingen naar elkaar toeschuiven wordt wel toegeschreven aan wat men noemt het krabbenmand effect. Dat wij vrouwen elkaar naar beneden halen. En het elkaar niet gunnen om uit de mand te kruipen. Terwijl je juist door elkaar te helpen om hogerop te komen op de werkvloer, ook zelf succesvoller wordt.

 

 

Tot slot

 

Ben je eraan toe om stappen te zetten in je loopbaan?

Maar heb je nog onvoldoende specifiek wat jij te bieden hebt, wat jouw waarde is op de arbeidsmarkt?

En welke maatschappelijke bijdrage jij wilt leveren met wat je doet in je werk en hoe het profiel van je ideale werk eruitziet?

Lees mijn boek ‘Wat wil ik nu echt?’ – Een loopbaanstrategie voor gedreven hbo’ers en academici die meer waarde willen realiseren in hun werk.

Of plan een afspraak in voor een oriënterend gesprek. Dat kan met deze link

 

 

 

 

Waarom het heel legitiem is om je werkgever te vragen of die je loopbaantraject wil faciliteren

 

De retentie-paradox: je moet loslaten om vast te houden.

Het is de titel van een artikel op ManagementSite.nl. En een pleidooi voor het aanbieden van externe loopbaancoaching aan medewerkers.

Door externe loopbaancoaching aan te bieden laat je als werkgever je medewerkers los door ze op een onafhankelijke, vrije manier te laten nadenken over hun werk en loopbaan.

Daar pluk je niet alleen als werknemer de vruchten van, maar ook als werkgever.

Als werknemer is het goed om je dat te realiseren. Ik ervaar bij klanten nogal eens de nodige schroom om de werkgever te vragen of die het loopbaantraject wil faciliteren.

Terwijl dat een heel legitieme vraag is. En de angst dat je werkgever denkt dat je weg wilt, vaak ongegrond is.

Waarom een loopbaantraject lang niet altijd leidt tot vertrek bij je huidige werkgever en niet alleen jij als werknemer, maar ook je werkgever de vruchten plukt van jouw loopbaantraject, lees je in mijn artikel.

 

Door een loopbaantraject anders kijken naar het werk dat je doet

 

Door loopbaanbegeleiding anders kijken naar het werk dat je doet

 

Externe loopbaancoaching kan je anders doen kijken naar je huidige werk.

Misschien heb je weleens gehoord van het halo-effect en het tegenovergestelde daarvan: hethorn-effect

Een halo is een stralenkrans en het halo-effect is de neiging om bijvoorbeeld een persoon, product of organisatie positief te beoordelen op basis van een enkel aspect.

Dat ene positieve aspect kleurt de verdere informatie die je hebt of krijgt.

Het tegenovergestelde van het halo-effect is het horn-effect. Dat effect heeft te maken met de neiging om iets of iemand negatief te beoordelen op grond van een enkel aspect.

Beide effecten kunnen een rol spelen bij je kijk op je werk.

Wat dat betreft kunnen eerste indrukken heel bepalend zijn. Misschien ken je daar zelf voorbeelden van. Dat je snel je oordeel hebt gevormd, in positieve of in negatieve zin. Of dat je geneigd bent om negatieve punten uit te vergroten, waardoor je geen oog meer hebt voor de positieve kanten van je werk.

Externe loopbaancoaching kan ertoe bijdragen dat je je meer bewust wordt van de positieve kanten van je werk. En dat je die positieve kanten gaat waarderen. Met als resultaat dat je loopbaantraject niet leidt tot a new direction, but a new sense of direction.

Je leert anders kijken naar het werk dat je doet. Wat mogelijk voor jezelf leidt tot de conclusie, dat je huidige werk eigenlijk best goed bij je past.

 

 

Door loopbaancoaching zicht krijgen op waar je aan kunt sleutelen in je werk zodat het weer beter bij je past

 

Door loopbaancoaching krijg je zicht op wat je energie geeft en wat je energie kost in je huidige werk.

Bijvoorbeeld door je taken in je huidige werk in kaart te brengen en per taak te inventariseren of die je energie kost of energie oplevert.

Mogelijk kun je je baan zo kneden dat die weer beter bij je past.

In mijn boek ‘Wat wil ik nu echt? geef ik je voorbeelden van hoe je je baan kunt veranderen zonder van baan te veranderen.

Voor jou negatieve taken kun je misschien delegeren aan collega’s die aan die taken wel plezier beleven. Of kun je taken die je leuk vindt om te doen naar je toe trekken of uitbreiden.

Ook jouw werkgever heeft daar baat bij. Zo kwam een werkgever tot de conclusie: ‘Intern zou meer op die manier naar werk gekeken moeten worden

 

 

Door loopbaancoaching bij je huidige werkgever je ideale werk realiseren door proactief jouw voorstel te doen

 

Als werknemer heb je vaak een goed beeld van waar in jouw organisatie behoefte aan is.

Door in een loopbaantraject te werken met de Meer Waarde Benadering heb je een goed beeld van wat je jouw werkgever te bieden hebt en hoe je voor jouw werkgever van betekenis kunt zijn.

Door de koppeling te maken tussen de behoeften van jouw werkgever en wat jij te bieden hebt en in de markt wilt zetten, kun je jouw werkgever proactief een voorstel doen en zo jouw ideale baan creëren en realiseren.

Dat levert een win-win situatie op. Jij als waardevolle werknemer blijft behouden voor jouw werkgever. En jij kunt bevlogen en met nieuwe energie in je nieuwe baan aan het werk.

 

 

Ook als jij als resultaat van het loopbaantraject zou vertrekken bij je huidige werkgever, heeft je werkgever daar baat bij

 

Doe je niet meer met bevlogenheid je werk, dan heeft dat een negatief effect op jouw productiviteit en jouw prestaties.

En dus op de waarde die je levert voor je werkgever.

Kost je werk je meer energie dan dat het je oplevert, dan loop je het risico dat je leegloopt in je werk en in een burn-out belandt. En een zieke werknemer is een zorg voor een werkgever en een kostenpost.

Kom je onvoldoende aan je trekken in je werk, ervaar je geen uitdaging meer en doe je je werk op de automatische piloot? Dan is het ook voor je werkgever aantrekkelijker dat je werk maakt van ander werk, dan dat je blijft zitten waar je zit.

 

Kortom: 

Ook als je als resultaat van een loopbaantraject vertrekt bij je huidige werkgever, is vaak je werkgever daarbij gebaat.

Schroom dus niet om je werkgever te vragen of die jouw loopbaantraject wil faciliteren. Zowel jij als werknemer als jouw werkgever plukken daar de vruchten van.

 

Ben je nieuwsgierig wat loopbaancoaching voor jou kan betekenen?

Bel (0575-544588/ 06-54762865) of e-mail ([email protected]) me gerust voor het maken van een afspraak voor een oriënterend gesprek.

Laat je inspireren door het artikel en laat je er niet van weerhouden om het gesprek met je leidinggevende aan te gaan en kenbaar te maken dat je externe loopbaanbegeleiding wilt.